Hanneke: ‘De dochter wil pasta in haar glas water gooien en opdrinken'
Hanneke Hendrix woont in de buurt Nijmegen met man en kind. Ze bracht drie romans uit en zwoer daarna dat ze nooit meer een boek zou schrijven. Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan en dus tekende ze onlangs een nieuw contract bij Das Mag Uitgevers. Verder geeft ze ook nog les aan de kunstacademie en de Schrijversvakschool en maakt ze hoorspelen voor de radio, maar is ze niet per se gek op grindbakken.
Als ik door het centrum van het grotere dorp dat vlakbij mijn minidorp loop, word ik ingehaald door een kakvrouw met een kind van de leeftijd van de dochter. Ik hoor ze al van verre aankomen. Of ja, ik hoor de moeder van het kind eerst, die om de paar stappen een commando naar haar dochter roept op een hoge schoolse toon, met veel valse lucht, alsof ze iemand met een blinddoek door een doolhof moet loodsen. Maar haar dochter heeft helemaal geen blinddoek om. Ze zit gewoon als een normale peuter op een kleine driewieler. Te fietsen en niets te zeggen.
Lees ook: Hanneke: 'Ik noem de dochter vaak Zeuren Lerby. Vindt niemand grappig'
Ik moet denken aan wat mijn goeie kennis W. ooit zei. Hij is striptekenaar en staat vaak op beurzen zijn spullen te verkopen. Hij zei: 'Weet je wat mij wel eens opvalt? Dat mensen soms alleen hun kinderen corrigeren omdat ze graag willen dat iemand ziet hoe goed ze dat doen: het ouderschap. Dat ze mij aankijken terwijl ze iets heel strengs tegen hun kind zeggen, in de hoop dat ik dan bemoedigend knik of een bevestiging geef in dat ze goed bezig zijn. Nou, ik doe daar dus niet aan mee.'
Eenmaal in de HEMA blijk ik de moeder weer in mijn kielzog te hebben.
'Ja, ga maar rechtdoor. Rechtdoor. Rechtdoor. Helemaal tot aan de schappen. Helemaal tot aan de schappen. Helemaal tot aan de schappen.'
Haar stem is zo hooggepitcht dat buiten nog net niet de blaffende honden tegen het raam opspringen. Ze komen naast me te staan. Ik kijk naar de kleine speelgoedjes, of er iets bijzit voor op vakantie in de auto. Het meisje friemelt wat aan een prijslabeltje dat aan een ophangstok hangt.
'Nee. Nee. Afblijven, afblijven. Anders gaat het kapot, anders gaat het kapot.'
Even twijfel ik of het geen vrouw is, maar een Stepford Wife die vastgelopen is en alles twee keer moet zeggen. Het meisje houdt meteen op. Dan vraagt ze op zachte toon om een ijsje. De vrouw knielt neer.
'Wat hadden wij gezegd? Hadden we niet gezegd dat je niet mocht zeuren? Dat je niet zo flauw mocht doen? Nou? Nou? Hadden we dat niet afgesproken? Nou?'
Het meisje mompelt wat. Gewoon zachtjes, zoals peuters beteuterd kunnen praten.
'Nee. Nee,' zegt de vrouw, nog steeds op die hoge toon en met valse lucht, maar nu luider. Steeds even afgemeten en zakelijk, maar op een bepaalde manier heel kinderlijk, alsof iemand haar inderdaad moet beoordelen op het africhten van iets of iemand, een hond, een paard, een reiger. 'Nee, jij houdt NU op met zeuren. Ophouden met zeuren. Want wat gaan we anders niet doen? Nou? Nou? Dan krijg je geen?'
'IJsje,' fluistert het meisje.
'Goed zo. En we hadden het nog zo afgesproken. Zo. Zo gaan we een ijsje eten. Als jij niet zeurt.'
Het kind blijft staan. Ze beweegt niet. De moeder gaat door de schappen en praat door, laat zien wat er allemaal staat. Het kind zegt niks. Ik heb zin om stiekem in haar oor te zeggen dat haar moeder gek is, en niet zij. Dat haar moeder zeurt en flauw doet en niet zij. En dat ik heus wel zie dat het haar echt niet om dat ijsje gaat. En dat ze zoveel aan zo’n prijslabeltje mag friemelen wat ze wil. Ik wil zo graag iets zeggen, maar ik durf het niet. Ik zeg niks.
Ik draai me om en koop spullen.
Lees ook: Hanneke: 'Hopen dat de dochter niet crimineel wordt door mijn gedrag'
’s Avonds vraagt de dochter of ze haar pasta met vis en roomsaus in haar glas water mag gooien en dan mag opdrinken. Dat mag normaal natuurlijk niet. Maar ik denk even na. De gordijnen zijn dicht. Er is verder niemand thuis. Ik hoef tegen niemand te doen alsof. Ik kijk de dochter aan. Die werpt een haar liefste glimlach.
'Ja hoor,' zeg ik. 'Kan mij het schelen.'
De dochter gooit haar eten in haar drinkglas, drinkt het op en eet daarna het glas met een vork leeg.
'Lekker?' vraag ik.
De dochter knikt. Ze krijgt een hele heel dikke kus.
Lees hier meer van Hanneke Hendrix.