Hanneke: 'Hij vroeg aan de ober waarom de porties zo klein waren'
Hanneke Hendrix (39) deed veel levenswijsheid op als barvrouw in de kroeg. Nu schrijft ze columns en romans en is ze co-host van de ouderschapspodcast Ik ken iemand die. Ze heeft een dochter (3,5) en een man, en is de laatste Nederlander zonder smartphone.
Vriend J. en ik aten bij een sjiek restaurant in de stad, alwaar ik een oud-collega van het café tegenkwam, die nu dus in dat sjieke restaurant werkt.
'Lijkt me heel erg leuk, hier werken,' zei ik, toen ik bij de oud-collega aan de toog hing voor ik de eetzaal inliep.
'Heel leuk,' zei hij.
Lees ook: Hanneke: 'Op zondag vangen we het varken dat we op maandag slachten'
'Heel wat anders dan in de kroeg.'
Het was even stil.
'Ja… Frietjes,' zei hij melancholisch.
Het sjieke restaurant is zo sjiek omdat ze aldaar geen friet bij de dis serveren, maar er de gekste dingen maanden ergens onder een steen laten rijpen en dan vervolgens weer infuseren met een ander gek ding, wat ze dan weer laten drogen en vervolgens met een miniraspje over iets simpels als een sjiek gesneden rettich heenraspen. Het is nog geen negen uur in de ochtend, maar terwijl ik dit opschrijf krijg ik de bijna onbedwingbare drang om op te springen, erheen te rijden en aan de deur te rammelen en te schreeuwen à la Stanley in A streetcar named desire om de rettich in driedubbeldwars gefermenteerde walnootjus. Zo lekker. Ik heb er gewoon al over gedroomd, zo lekker.
Vroeger (hoor mij: oma vertelt over vroeger) ging ik elke week wel een keer uit eten. Sprak ik nooit thuis af. Zag je elkaar wel in het café. Nu hadden we de eetafspraak zorgvuldig gepland, hadden we zeer bewust tegen elkaar gezegd 'dat we nu eens niet op een zaterdagmiddag in de achtertuin' wilden gaan zitten, want tegenwoordig hebben we kinderen en die tetteren overal doorheen. Dus we gingen uit eten. Sjiek. We waren er giechelig van.
Halverwege de avond vroeg J. aan één van de obers waarom de porties zo klein waren.
De ober hakkelde wat over smaken en overdaad en het wegspelen van de smaak van het volgende gerecht.
'Vroeg jij nou in dít restaurant waarom je geen grote kom soep krijgt?' vroeg ik toen de ober was weggelopen.
J. haalde zijn schouders op. 'Nu ja, dit zijn echt drie eetlepels,' zei hij.
Ik bonkte spreekwoordelijk met mijn hoofd op tafel.
Een van de jongens die er werkte had zijn hand in het verband. Aan het einde van avond vroeg J. wat er met hem was gebeurd. Opgelucht omdat hij niet wéér begon over de kleine kommetjes, vertelde de jongen dat hij was gevallen en zich had gesneden aan glas dat in zijn val ook kapot was gevallen. Er was een heel stuk vlees uit de muis van zijn hand gesneden dus het had flink pijn gedaan.
Lees ook: Hanneke: 'Ik lazerde enorm van mijn elektrische fiets'
Daarna was het even stil, en in die stilte knikten we alledrie even bemoedigend naar elkander.
Toen zei ik: 'En hebben jullie toen dat stuk vlees van je hand ook gefermenteerd, ingedroogd en met een héél klein raspje over een kunstig gesneden radijs heengeraspt?'
J. en de jongen keken me aan.
De stilte duurde voort.
Ikzelf moest heel hard lachen. Echt van: 'HAHAHAHA.' Het galmde door de eetzaal. Verderop vlogen duiven op. Toen de stilte daarna was weggeëchood hernam de normale loop der dingen weer zijn gang.
We rekenden af.
In de heiïgheid van de nacht fietste ik weer naar huis. Op mijn elektrische fiets. Een ding weet ik zeker: het wordt nooit meer vroeger.
Lees hier meer columns van Hanneke Hendrix.