Hanneke: 'Ik had steeds het gevoel dat mijn leven nog moest beginnen'
Hanneke Hendrix (40) deed veel levenswijsheid op als barvrouw in de kroeg. Nu schrijft ze columns en romans en is ze co-host van de ouderschapspodcast Ik ken iemand die. Ze heeft een dochter (4) en een man, en is de laatste Nederlander zonder smartphone.
Vorige week ging ik boodschappen doen bij een Albert Heijn in een grote stad. Dat kwam zo uit, ik had een afspraak vlakbij en ik dacht: die zes euro extra aan parkeergeld kan er ook nog wel af. Het was grote pauze van de middelbare school een stukje verderop. Een atheneum of gymnasium dacht ik trouwens, de kinders liepen allemaal met hockeysticks en in van die blauwe polo’s en gewatteerde jackjes.
Lees ook: Hanneke: 'Hij is 40 en lust niks, alleen pasta en vla'
Grote drommen koters bevolkten de ingang van de supermarkt. Ik kon er bijna niet tussendoor. De mondkapjesplicht was nog niet terug ingegaan, dus als je goed je best deed kon je je gewoon voorstellen dat het 2019 was. Toen ik midden tussen hen in stond keek ik rond, en voordat ik mijn hand optilde om een jongetje in een blauwe windjack met van dat twaalfjarige jongetjes haar op zijn schouder te tikken, kreeg ik ineens een flashback.
Over hoe ik daar ooit ook stond.
Bij een soortgelijke supermarkt.
In een soortgelijke drom naar boterhammen en Axe ruikende kinderen.
Met een stroopwafel in mijn hand.
Me zorgen te maken over hoe ik overkwam op de jongen waar ik dan alweer een jaar verliefd op was en die ik nooit had durven aanspreken ook al zat hij naast me met Duits.
Aardig staan te doen, soms, tegen mensen die ik helemaal niet mocht.
Me schamen voor mijn zwarte nagellak en me tegelijkertijd heel trots voelen.
Hoe ik daar stond in een veel te groot Dinosaur Jr t-shirt van mijn broer, dat ik dan weer over een zwarte gebreide trui had aangedaan. Het was immers de tijd van Pearl Jam en Nirvana. En van the Smashing Pumpkins, Liz Phair en the Posies.
Ik word oud.
En ik weet nog dat ik steeds het gevoel had dat mijn leven nog zou beginnen.
Dat het nog allemaal wel zou komen.
Ik kon niet wachten. Ik was zo nieuwsgierig hoe alles zou gaan: daar in dat leven van me.
Lees ook: Hanneke: 'Midden in de nacht rond gaan rijden met je kind is gek'
En nu stond ik ineens hier. Een vrouw van veertig die een jongetje van twaalf bij zijn schouder pakt en die fluks een stukje aan de kant zet zodat ze erdoor kan.
Eenmaal binnen kocht ik mijn boodschappen. Dacht ik na over dat ik nu juist soms het leven zou willen afremmen. Niet dat ik weer een puber zou willen zijn, godjezus nee zeg, alsjeblieft niet. Al die onzekerheid en al die hormonen en die lege portemonnee steeds en die sigaretten. Blegh.
Maar misschien was het nu wel, waar ik toen zo nieuwsgierig naar was. Zit ik er dus midden in, in dat leven van me.
Eenmaal weer buiten liep ik naar de auto. Een vrachtwagen van dezelfde supermarkt stond dubbel geparkeerd naast mijn auto. Ik keek naar hoe een bezorger kratten met boodschappen een portiek intilde. Daarna keek ik naar de ingang van de supermarkt, die een meter of twintig van het huis aflag. De pubers waren elkaar aan het duwen. Ik vroeg me af of zij zich nu ook tegelijkertijd afvroegen hoe het over vijfentwintig jaar zou zijn. De vrachtwagen toeterde. Ik stak een duim naar de bezorger op, die achter het stuur was gekropen. Die zes euro kon er ook nog wel af.
Lees hier meer columns van Hanneke.