Hanneke: 'Waarom zijn er niet meer lofzangen over de geur van boeken?'
Hanneke Hendrix woont met man en kind in een dorp ergens in het Land van Maas en Waal. Ze bracht drie romans uit en zwoer daarna dat ze nooit meer een boek zou schrijven. Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan en nu heeft ze een contract bij Das Mag Uitgevers. Verder geeft ze les aan de kunstacademie en de Schrijversvakschool, maakt ze hoorspelen voor de radio, maar is ze niet per se gek op grindbakken.
'Heeft u ook boeken over ruimtevaart?' vraagt een mevrouw aan me.
'Ik werk hier niet,' zeg ik. 'Ik ben een schrijver.'
Ik wijs naar het bordje naast me op tafel waarop een afbeelding van mijn eigen hoofd prijkt. Alleen aan een signeertafel moeten zitten is helemaal niet leuk, al is het altijd nog beter dan aan een signeertafel te moeten zitten naast een bestsellerauteur die een hele rij wachtenden heeft staan, terwijl je zelf nul mensen hebt staat die je boek willen kopen. Dus vandaag prijs ik mezelf gelukkig.
Lees ook: Hanneke: 'Misschien moet ik zelf ook maar eens een Harry aanschaffen'
'U bent een schrijver? O,' zegt ze teleurgesteld.
Ze schudt haar hoofd en gaat op zoek naar iemand die wel weet waar wat staat.
Ze ruikt naar patchoeli. Het wappert door haar losse kleren de winkel door. Het ruikt naar vroeger, naar de kamer van mijn broer. Ik kijk rond. Een meneer bij het tijdschriftenschap heeft een synthetisch overhemd aan. Synthetische overhemden ruiken op warme dagen allemaal hetzelfde. Ik denk aan hoe er in de ruimte geen geluid is en geen geur. De man rekent een boekje af.
Iemand vraagt aan me waar de kookboeken staan. Ik wijs een hoek om. Daar staan de kookboeken. Wie houd ik eigenlijk ook voor de gek? Wat interesseert het iemand nou? Een schrijver?
Daarna waait de geur van koffie voorbij en ik kan ruiken dat in het naastgelegen koffietentje iemand appeltaart aan het bakken is. Kaneel, het zoet-zure van de appel. Die geur overgenomen door tosti. Geroosterd brood, gesmolten kaas. De geur van de boeken en het papier valt eigenlijk alleen maar op als je nét de boekwinkel binnenkomt. Daarna wordt het alsof het water is en wij vissen. Alsof dit is zoals de lucht hoort te zijn. Hoeveel eeuwen hebben mensen boeken opengeslagen en de geur opgesnoven? Hoeveel mensen zijn deze winkel binnengestapt en hebben de geur opgesnoven en gedacht aan al die keren dat ze een boekwinkel binnenliepen en de geur roken van de ontelbare verhalen die hier zij aan zij staan, kasten vol? Komt er een dag dat we datzelfde gevoel krijgen als we een winkel met e-readers binnenlopen? Hoe onze huid ruikt als we met onze vingertoppen over een downloadpagina wrijven? Zou dat hetzelfde zijn als het openslaan van een boek? De geur van een kaft en lijm en inkt en papier. Droog, zoetig. Hoe ruikt een boek eigenlijk? Waarom zijn er niet meer lofzangen geschreven over de geur van boeken?
Altijd maar dat gras en die rozen, die pasgeboren baby’s en die appeltaart.
Lees ook: Hanneke: 'Ik had geen barbies, ik had een biebpas'
Misschien leest de dochter wel helemaal geen boeken meer, later, als ik een oud omaatje ben. Bekijk je alles op een schermpje, ergens op je pols, in je bril of op je telefoon.
Ooit schreef ik op Facebook: Zeg, wat vinden we eigenlijk van het e-book?
Misschien wel dertig mensen reageerden, gingen op elkaar in, kregen ruzie.
Totdat Noor schreef: 'Nou, in Star Trek – The Next Generation leest Jean Luc Picard nog gewoon in een papieren boek. Dus zo’n vaart zal het niet lopen.'
Daarna hield iedereen wijselijk de mond.
Misschien is dat überhaupt wel verstandig.
Meer onze mond houden.
Dan kunnen we immers beter ruiken.
Lees hier meer columns van Hanneke Hendrix.