De diva en de dronkenlap
Hanneke Hendrix beschrijft de kleinigheden in haar leven als kersverse ouder. En vooral het falen in dat kader of de spreekwoordelijke 'roze muur' waar ze steeds tegenaan loopt.
Mijn beste vriend en ik drinken koffie. Mijn dochter is bezig haar boterham met stroop op tafel plat te slaan (wat nog een hele klus is, want: stroop), om er vervolgens stukjes van te eten en al wiebelend heel blij naar ons te lachen. Af en toe zet ze het plastic bekertje waar water in zat op haar hoofd. De dochter lacht. Ze is blij. Ze heeft vanochtend gezwommen en nu heeft ze een boterham met stroop. Heel simpel eigenlijk.
‘Op het kinderdagverblijf noemden ze haar gisteren een diva.’ De dochter timmert luid en met een geconcentreerd gezicht met de beker op tafel.
‘Ja,’ zegt mijn beste vriend. ‘Het is inderdaad net Kim Kardashian.’
‘Een dronken Kim Kardashian,’ zeg ik.
‘Baby’s zijn sowieso ieniemienie dronkenlappen,’ zegt mijn beste vriend. Hij zucht.
‘Ik zou willen dat ik zoveel nannies had als Kim Kardashian,’ zegt hij. ‘Dan kreeg ik tenminste nog wat werk gedaan.’
Mijn beste vriend heeft een zoontje, dat afwisselend bij hem en de moeder woont. Prima scheiding hadden ze. Zo kan dat dus schijnbaar ook. Op één of andere manier vind ik dat nog een engere gedachte, dat je fluitend uit elkaar kunt gaan. Maar goed, dat geheel terzijde. Daarbij heeft hij nu om de week een gratis oppas, plus nachtrust, dus ik vind dat hij niet mag zeuren over nannies.
‘In plaats van koffie te drinken met mij,’ zeg ik. ‘Op je werkdag.’
‘Koffie drinken met jou voelt als werk,’ zegt hij.
Dan begint mijn dochter te huilen. Vanuit het niets.
‘Net was ze nog blij,’ zeg ik. ‘Zou ze zich pijn hebben gedaan?’ vraagt mijn beste vriend.
‘Daar gaan we nooit van ons leven achter komen,’ zeg ik.
Ik til haar uit de kinderstoel en ga met mijn neus door haar plakkerige haren. Niets is zo lekker als met je neus door babyhaar gaan. Ik ben een cynisch mens, maar tegen quasi-walgelijke zaken als ‘met je neus door pluizig babyhaar gaan’ en ‘babyzwemmen’ en ‘babylach met zes tandjes als je kiekeboe doet’ heb ik gewoon geen weerstand. Niemand kan dat weerstaan. Ik zeg wel eens dat als alle wereldleiders verplicht in het Erica Terpstrabad op babyzwemmen moesten, er dan heel snel wereldvrede zou ontstaan. Het breekt gewoon al je weerstand. Mijn neus zit ondertussen vol stroop en mijn dochter is weer blij.
‘Nu is ze weer blij,’ zeg ik.
‘Baby’s zijn geen dronkenlappen,’ zegt mijn beste vriend. ‘Het zijn borderliners. Ineens heel erg blij, dan weer heel erg boos, dan weer drammerig, dan weer overdag leven, dan weer alleen ’s nachts. Of ze schreeuwen, omdat ze denken dat je nooit meer terugkomt, terwijl je gewoon even moet poepen. Of als je ze naar het kinderdagverblijf brengt en ze denken dat je nooit meer terugkomt. Maar als je ze de keer daarna brengt, kijken ze je niet eens na als je de deur uitloopt. Omdat die andere kinderen veel interessanter zijn.’ Hij zucht weer. ‘Zeer onvoorspelbaar,’ mompelt hij erachteraan.
‘Je zou eens moeten gaan babyzwemmen,’ zeg ik. ‘Erg goed voor je staat van zen-zijn.’
En dan daarna de rest van de wereld nog, dan komt echt alles goed.
Ik beloof het jullie.