Hanneke: 'De combinatie moederschap, werk en corona; ik was zo moe'
Hanneke Hendrix (39) deed veel levenswijsheid op als barvrouw in de kroeg. Nu schrijft ze columns en romans en is ze co-host van de ouderschapspodcast Ik ken iemand die. Ze heeft een dochter (3,5) en een man, en is de laatste Nederlander zonder smartphone.
Vorige week was het zo ver. De man kwam thuis, vroeg hoe mijn dag was, ik zei dat die dag prima was, gewoon, zoals alle maandagen: beetje oud glas wegbrengen, beetje vergaderen, beetje naar het kabouterbosje (als ik het zo opschrijf klinkt het ineens heel vies… maar ‘t is een stukje bos hier in het dorp waar iemand het pad vol ouwe tuinkabouters heeft gezet, echt honderden), beetje tosti's bakken, beetje stukje tikken, beetje koken en ineens was het klaar.
Ik was zó ontzettend moe. Ineens. Ik wist ook niet hoe het kwam.
Ik had er gewoon genoeg van.
Genoeg van alles.
Van maar monter en de moed erin houden de hele dag.
Van niet lullen, maar soortement van poetsen.
Lees ook: Hanneke: 'Ik neem vaak stoeprandjes mee als ik parkeer'
Van elk vrij half uurtje besteden aan werken, 's avonds werken, in het weekend werken en de rest van de tijd fietsen, wandelen, eten geven, spelen, tekenen, lief zijn voor de godganse wereld, van alles klaarzetten voor een videovergadering, met de dochter voor de televisie met thee of een appel en dat de dochter dan precíés op het moment dat de vergadering start begint te roepen om iets als een boterham en dat ik dan moet kiezen tussen opvoeden of zo snel mogelijk een boterham richting de bank gooien, van de afwas, de boodschappen, de koffie, de koffie, de koffie.
Ik was er wel even klaar mee.
Terwijl alles goed gaat, dat weet ik heus wel, ik moet blij zijn.
Maar ik was even niet blij.
Ik gooide het bestek neer en ik ben de trap opgestampt. In bed gaan liggen met een serie waarin die gast van Vijftig tinten grijs alleen maar vrouwen omlegt, terwijl de man en de dochter elkaar aankeken even zuchtten en toen op het heuveltje naast het huis twee minuten stil gingen zijn.
Ergens in het dorp speelde iemand in een tuin het taptoe-signaal, dat hoorde ik door het open raam.
Op een gekke manier kwamen dingen bijeen.
Daarna kreeg ik thee.
Toen ging het wel weer.
Lees ook: Hanneke: 'Ik pak een koekenpan uit de tas en sla haar van haar stoel'
Ik lag dus net na etenstijd in bed en ik dacht natuurlijk weer dat ik een existentiële crisis had, wéér, aangaande de combinatie van moederschap en werk en corona en thuisblijf en luiheid en overmoed en hard werken en iedereen te vriend houden en-
Nu ja, jullie begrijpen vast wel wat ik bedoel.
Tot ik me ineens realiseerde dat ik misschien wel voorál zo ontzettend moe ben omdat ik een boek van Stephen King (Het Instituut) aan het lezen ben dat zó spannend is dat ik iedere avond doorlees tot mijn ogen dichtvallen omdat ik gewoonweg niet stoppen kan. (Met dank aan de broer die bij de bieb werkt en al mijn hele leven boeken naar mijn hoofd gooit waarvan ik zelf nog niet wist dat ik ze persé wilde lezen.)
Wat óók weer de cirkel rondmaakt, want zo blijkt dan toch maar weer dat al deez' gevoelons en emozies door de literatuur worden veroorzaakt.
(JA STEPHEN KING IS LITERATUUR JA DA' VIN' IK NOU EENMAAL)
Dus er is hoop, lieve mensen.
Er is altijd hoop.
De opvang is deze week weer open.
Het boek is bijna uit.
Genoeg gehuild.
Lees hier meer columns van Hanneke Hendrix.