Malou: 'De man stapt ook uit de metro. Pssst... hoor ik achter me'
Malou Holshuijsen, presentatrice bij Radio 1 voor BNN VARA, schrijft over de schoonheid van het leven met alle vieze randjes die daarbij horen. Niet zoals het staat afgebeeld op haar Instagram account: zoet en onbesmet, maar met alle gebreken en mislukkingen. Leve het ongemak, weg met de schaamte.
Het is een miezerige dag en we struinen door de straten van New York. Aan de overkant van de straat maakt een man een pirouette in de regen. Hij ziet er smerig gelukkig uit.
‘Gatver, die is zeker verliefd ofzo,’ zegt Violett.
‘Bah,’ antwoord ik.
Lees ook: Malou: 'Dit is het verband tussen Alexander Pechtold en een seksshop'
Vaak worden we verrast door expressies van mensen op straat. Een vrouw die twee high fives en een low five wil geven aan mensen die ze tegemoet rent. Schreeuwend om zichzelf aan te moedigen. Je zou kunnen denken dat The City deze vibe in een mens loslaat. Een romantisch idee. ‘Lekker excentriek.’ Gebrek aan mentale zorg is een andere verklaring.
Voilett en ik logeren in een wijk waar je vroeger niet dood gevonden wilde worden. Een rare uitspraak want laten we eerlijk zijn, waar wel? De enige plek waar ik dood gevonden wil worden is op mijn eigen uitvaart. Vooraf zijn we gewaarschuwd voor Harlem. Het schijnt er soms heftig aan toe te gaan. Die verhalen hoorde ik ook toen ik naar Bos en Lommer verhuisde. ‘Pas je wel op ’s avonds op straat?’ Het heftigste wat ik heb gezien? Laatst spuugde er een pubertje op de grond. Hij kreeg een klap van zijn moeder. Ze schreeuwde tegen hem in een vreemde taal waarna hij zijn excuses maakte en een zoen kreeg.
Boehoe.
’s Avonds hebben we allebei andere plannen. Violett bezoekt vrienden in The Bronx (I’m still I’m still Jenny from the block!) en ik drink flesjes bier in een bar waar jazzmuziek wordt gespeeld. Ik ben intens gelukkig. I love New York.
Het nadeel van alleen op stap in New York is dat je ook alleen met behulp van metro en richtingsgevoel de weg naar huis moet vinden. De metro is bijna helemaal leeg. Tegenover me zit een man. Hij kijkt me aan en blijft dit non-stop doen. Ik probeer hem te negeren en duik in mijn boek. Ik duik zo diep dat ik m’n halte mis. De man kijkt me nog steeds aan. Ik besluit uit te stappen en een stuk terug te lopen. De man stapt ook uit. ‘Pssst’ hoor ik achter me. Ik versnel, gelukkig is het druk op straat.
‘Pssst, psst’ hoor ik weer. Godverdomme. Ik voel me niet meer oké. Mijn appartement komt in zicht, de man is me nog steeds aan het volgen. Ik wil niet naar binnen zolang hij nog achter me loopt. Ik duik de supermarkt in. Doelloos op zoek naar niks loop ik met een leeg mandje door de schappen. Zoals in een slechte horrorfilm zie ik de man aan het eind van een lang gangpad langzaam achter me aan komen. ‘Pssst!’
Lees ook: Malou: 'Dit gebeurt als ik vlucht voor de deadline'
Ik besluit naar de eerste de beste andere man te lopen die ik in de supermarkt zie staan en vertel hem dat ik al een paar blokken word achtervolgd die meneer daar aan het einde van het schap. Ik wijs, in de hoop dat hij weg gaat. In plaats daarvan loopt hij onze kant op. De man die ik om hulp heb gevraagd doet een stapje vooruit zodat hij voor me komt te staan. Als de pssst-meneer voor me staat, haalt hij een pluchen knuffeltijger uit zijn jas die hij aan me wil geven. Er zit geen kwaad in zowel het pluchen beestje als zijn baasje. Binnen een seconde verandert de angstaanjagende engerd in een aandoenlijke zwakzinnige. 'Fuck off man,’ zegt de man tegen de knuffeljongen en hij gaat weg.
Drie simpele woordjes waar ik niet op kon komen.
Lees hier meer columns van Malou Holshuijsen.