Malou: ‘Waarom ik mijn vuilnis meeneem als ik boodschappen doe’
Malou Holshuijsen, presentatrice bij Radio 1 voor BNN VARA, schrijft over de schoonheid van het leven met alle vieze randjes die daarbij horen. Niet zoals het staat afgebeeld op haar Instagram account: zoet en onbesmet, maar met alle gebreken en mislukkingen. Leve het ongemak, weg met de schaamte.
Terug in Amsterdam! Mijn straat is een kleurrijke schotelstraat met geparkeerde Canta’s, hoopjes fietsen, hard pratende buurmannen en alleenstaande moeders. Als de eerste zomerse zonnestralen het plantsoen kussen, springen de knoppen open en verandert mijn wijk in een kleine groene vallei. De klapstoelen worden voor de deur gezet en de kleine glaasjes thee of halveliterblikken bier worden uitgedeeld. Iedereen die de G van goedemiddag dreigt uit te spreken kan rekenen op een versnapering. Bij ‘Godsamme, wat moet dat hier op straat?’ krijg je van mijn buurmannen een plekje in het kringetje, een drankje en een hand borrelnoten of hap baklava.
Lees ook: Malou: 'De waarzegster zegt dat ik 3 kinderen ga krijgen. Yeah right'
Ik loop naar buiten omdat ik boodschappen ga doen. In mijn hand een grote vuilniszak. Zo’n doorzichtige die goed is voor het milieu, maar waardoor de hele straat kan zien wat ik heb weggegooid. ‘Hé kijk, de buurvrouw is ongesteld en heeft deze week ontbeten met yoghurt en bananen. Ze drinkt ook veel koffie.’ Ik schrik als ik het hoofd van mijn ex-geliefde zie. Lachend kijkt hij me aan, zijn handen over elkaar gevouwen. Naast hem staat hij nog een keer. En daarnaast nog een keer. Het is een postercampagne van zijn nieuwe radioshow. De hele straat is voorzien van zijn glimlach. Ik glimlach terug en verberg mijn vuilniszak omdat ik me gegeneerd voel. O jawel, wat een kartonnen bord niet in mij losmaakt.
Er fietst een jongen op de stoep. Ik denk dat hij een jaar of acht is. Heel langzaam komt hij op me af en kijkt me strak aan. Hij is een tiran. Expres rijdt hij mijn richting op waardoor ik voor hem opzij moet. Hij wenst me een ziekte toe en denkt dat ik geld vraag voor seks. Ik kijk achterom naar de kleine maniak. Hij trapt tegen een geparkeerde kinderfiets. Ik ben boos, maar het gevoel van medelijden overheerst. Wat moet er in je hoofd omgaan als je in je eentje mensen lastigvalt en dingen kapot schopt? Hoe boos kun je zijn op je achtste? Zou hij een lieve moeder hebben? En een vader? Eigenlijk zou ik hem willen uitnodigen, aan de eettafel willen neerzetten en hem zijn hart laten luchten, maar ik durf deze achtjarige duivel niet aan te spreken.
Lees ook: Malou: 'De man stapt ook uit de metro. Pssst... hoor ik achter me'
In de supermarkt kijken mensen me raar aan. Ik heb niet in de gaten dat ik de doorzichtige vuilniszak nog steeds bij me draag. Die ben ik onderweg vergeten in de afvalbak te gooien, hij bungelt naast mijn been in mijn linkerhand. In mijn rechterhand het boodschappenmandje. Hoe ik de boodschappen in het mandje heb gekregen zonder door te hebben dat ik een GFT-zak met me meezeul, kan ik niet begrijpen. Iedereen kan zien dat ik milieuvriendelijke vuilniszakjes gebruik, maar mijn afval niet scheid. Ik merk dat ik rood word. Hypocrisie heeft er nog nooit zo betrapt uitgezien.
Een paar uur later heb ik een grappige vriend aan de telefoon. Hij zegt dat ik me geen zorgen moet maken. Zolang ik mijn afval niet probeer af te rekenen, is er niks aan de hand.
Lees hier meer columns van Malou Holshuijsen.