Malou: 'Het zou helemaal niet goed uitkomen als ik kanker krijg'
Malou Holshuijsen schrijft over de schoonheid van het leven met alle vieze randjes die daarbij horen. Niet zoals het staat afgebeeld op haar Instagram account: zoet en onbesmet, maar met alle gebreken en mislukkingen. Leve het ongemak, weg met de schaamte.
Een lange hal met goed zittende beige stoelen aan de zijkant. Een gele vloer met slipstrepen van rolstoelbanden. Op de muren gekleurde trapgeveltjes aan de Amsterdamse grachten en op iedere deur stickers met de tekst 'Ik hou afstand van jou'. De eerste wachtkamer waar ik binnenstap zonder visueel te worden uitgedaagd door de kleur limoengroen. God, wat heb ik een hekel aan limoengroen. Straks komt er iemand om mijn rechterborst tot pannenkoek te drukken. Of trekken, zo heb ik me laten vertellen.
Lees ook: Malou: 'Wij moeten nablijven, maar Schiphol mag buiten spelen'
Ik ben alleen gekomen, omdat tante corrie de mentale steun heeft opgeëist. De lege stoelen naast me in de hal doen lijken alsof vandaag niemand kanker krijgt. Ook ik krijg geen kanker, want dat zou helemaal niet goed uitkomen. Hoewel de ervaring met mijn celdeling in het verleden het tegendeel heeft bewezen probeer ik me niet druk te maken. Een knobbeltje, ter grootte van een kleine kiezelsteen. Zo eentje die mensen in een aquarium laten vallen ter decoratie van hun vissenverblijf. Ooit had ik een goudvis. Ze haalde haar buikje open aan zo'n kiezel. Al gauw dreef ze als bedorven sushi, morsdood in de kom. Zo zie je maar hoe gevaarlijk kleine kiezelsteentjes kunnen zijn. Ik ben hier om mijn omgeving gerust te stellen, dat is wat ik mezelf de dagen in aantocht naar nu heb wijsgemaakt.
Een lieve dokter haalt me op. Ze geeft me een papieren shirt met touwtjes aan de voorkant. Als een Greys Anatomy-figurant loop ik achter haar aan. De machine, slachtbank of het plet-apparaat staat er rustig bij. Onschuldig bijna, alsof het straks niet als een deegroller op zandkoekjesbeslag mijn borsten zal platwalsen. Het volgende moment leun ik over de glazen plaat, de dokter positioneert me. 'Ontspan je schouder maar' zegt ze. Ik zou niet weten hoe.
Eigenlijk valt het best wel mee, misschien omdat ik mijn ogen dicht knijp en niet zie wat er gebeurt. Misschien omdat de vorige keer dat ik voor onderzoek in het ziekenhuis kwam er hapjes uit mijn baarmoeder werden genomen. Misschien omdat het heftige deel nog moet komen.
Lees ook: Malou: 'Alleen met vaccineren krijg je je vrijheid terug'
Twee minuten later klopt mijn hart in m'n keel. Dit is het heftige deel. De goed zittende beige stoel voelt als een spijkerbed. Waar blijft dat vervloekte mens met de uitslag? Alles is geoorloofd in liefde, Washington en wachtkamers. Ik voel me angstig zoals altijd tijdens mijn halfjaarlijkse kk-APK. Het tussenstation van 'U mag naar huis, niks aan de hand' of 'Ik val met de deur in huis, het ziet er niet goed uit' is een tunnel waarin secondes voelen als een muzieknummer van Pink Floyd. Lang en donker. Teruggeroepen worden en op anderhalve meter achter de arts aanlopen voor de uitslag is een kwelling, het gesprek een grote roes. Met een glimlach onder mijn mondkapje loop ik de kamer uit. Op mijn weg naar buiten komt er een andere vrouw de lange limoengroenvrije wachtkamer in. Ik lach naar haar. Dat kan ze niet zien. Eigenlijk wil ik haar zorgen wegnemen en vertellen dat vandaag niemand kanker krijgt.
Kon het maar.
'Hoi' zeg ik tegen haar.
'Hoi' zegt zij terug.
Malou is met zomervakantie. Deze column verscheen eerder in januari 2021. Lees hier meer columns van Malou Holshuijsen.