Anna Karolina #148: De dreiging is groter dan gedacht
Anna schrijft iedere week over haar zoektocht naar de ware (meeslepende) liefde die als een stevige rode draad door haar leven loopt. Ze krijgt onverwacht bezoek en Damir heeft een vervelende boodschap voor haar.
'Sorry dat ik u op uw werk moet storen mevrouw, maar we moeten nu weten waar Damir is.'
'Hoezo waar hij is? Ik neem aan dat jullie op de hoogte zijn van het feit dat hij betrokken is geweest bij een ongeval en in het ziekenhuis ligt. Hij, hij lijdt aan fucking geheugenverlies! Laat hem met rust! Waar hebben jullie hem in hemelsnaam in betrokken? Hij had dood kunnen zijn! En niet voor de eerste keer.'
Lees ook: Anna Karolina #147: Damir ontwaakt
'Komt u maar even mee. Dit is ernstiger dan ik dacht.'
Ik kijk naar de verbaasde koppies van mijn nieuwe collega's en laat me meevoeren naar de hal waar we minder pottenkijkers hebben.
'Mevrouw, ik snap dat u boos bent, maar ik moet het weten. Hoe laat heeft u hem nog gezien?'
'Ja, net. Weet ik veel, een half uurtje geleden.'
'Mijn collega's gingen met hetzelfde doel als u die kant op, maar hij is onvindbaar. Ik ben bang dat u de laatste persoon bent die hem gezien heeft en we moeten hem vinden. U snapt toch wel dat dit een zeer ernstige zaak is. De man loopt gevaar en dan heb ik het niet over de verwondingen opgelopen tijdens het ongeluk.'
'Weg? Hoezo is hij weg? Dat kan niet!'
De angst dat Damir as we speak in levensgevaar verkeert, knoopt zich als een zijden sjaal steeds strakker en strakker rond mijn hals en ik hap naar lucht. Mijn ademhaling blijft hoog en gaat steeds sneller en sneller. Ik begin te hyperventileren en voel tintelingen in mijn vingertoppen en benen. Ik ga vallen, dat is zeker, alsof ik steeds kleiner en kleiner wordt binnenin mezelf en verdwijn. Ik kan nog net tegen het rare type aanleunen om de val zachter te maken.
Het volgende moment word ik wakker op de bank in de hal. De hoofden van de receptioniste en het pak hangen boven me. Ik maak me snel uit de voeten, onder het mom dat ik naar het toilet moet, ren naar mijn bureau, pak mijn spullen en sprint zo hard ik kan het kantoor uit. Er is geen tijd te verliezen. En net als in Marokko voel ik weer de adrenaline door mijn aderen stromen en begin ik aan mijn zoektocht naar de man die zich niet eens meer herinnert wie ik ben. Al weet ik dat het een dom idee is, als eerste probeer ik toch Damirs mobiel. Stel dat ie gewoon opneemt.
Lees ook: Anna Karolina #146: Alles kwijt
'Ik dacht al, wanneer gaat ze bellen.'
'Hallo, Damir, Damir, ben je er nog?'
Een tijdje blijft het stil en dan hoor ik vage stoeigeluiden, geroezemoes, geschuif met spullen en ineens weer de donkere stem van Damir aan de andere kant van de lijn:
'Anna, laat me met rust. Je hebt een fout gemaakt door je met me in te laten. Ik wil je nergens bij betrekken. Vertel niemand dat je me gesproken hebt. Alleen op deze manier laten ze me met rust.'
'Damir, dus je weet wel wie ik ben. Waarom heb je niks gezegd? Waarom heb je me vanochtend weggestuurd? Wat moet ik nu doen? Ik moet je zien. Alsjeblieft.'
'Het is voorbij. Het is beter voor ons allebei. Ik zal je nooit het leven kunnen geven dat je kan krijgen met die pipo Daan van je. En hoe dom het nu misschien lijkt, toch zal hij je gelukkiger maken dan ik. En ik wil dat je dat geluk grijpt. Pak en neem dat wat ik je niet kan geven. Dit is het laatste dat ik erover zeg. Ik doe dit voor jou. Wat ik heb gezegd is waar en daarom doe ik het. Ik hou van je.'
Hij drukt me weg en hijgend door mijn tranen heen wankel ik richting een bankje en val verslagen neer.
Wordt vervolgd