Anna Karolina #100: De stalker
Anna schrijft iedere week over haar zoektocht naar de ware (meeslepende) liefde die als een stevige rode draad door haar leven loopt. Deze week ontpopt Anna zich tot stalker.
'Tilburg? Waarom moet je daarheen schat?'
Met Daan aan de telefoon haast ik me richting het perron. Juul is met Joost mee in de auto en ik moet ervoor zorgen dat ik niet te veel vertraging oploop om straks niet buitenspel te staan. Als ze eenmaal bezig gaan is het een verloren strijd.
Lees ook: Anna Karolina #99: De boze wolf
'Echt Daan, als je die gast zou zien. Ik vertrouw het gewoon niet.'
'Maar wat wil je doen? Ze achterna reizen en dan?'
'Weet ik nog niet, maar ze heeft me nodig. Hij heeft haar helemaal in zijn ban. Ze is als een volgzaam klein vogeltje met hem meegegaan. Alsof ze niet anders kon. Ik ken mijn vriendin Daan, ik weet als er iets niet klopt.'
'Anna, weet je zeker dat het om Juul gaat? Het klinkt wel een beetje overdreven om haar en haar nieuwe lover achterna te reizen. Stel dat ze het bij jou zou hebben gedaan toen wij in het begin aan het rommelen waren. Weet je nog júíst hoe spannend het was dat het alleen maar om ons tweeën ging en niemand zich ermee kon bemoeien.'
'Ja, maar jij bent normaal. Hij is de personificatie van alles wat fout is.'
'Haha, Anna kom op, over smaak valt niet te twisten. Juul vindt mij vast een saaie lul. Maar jij bent gek op me.'
Ik weet dat Daan een grapje probeert te maken, maar het komt niet aan. Ik voel aan alles in mijn lijf dat er iets niet klopt aan die hele Joost.
'Ik ga hangen schat. De trein staat er al. Ik moet rennen. Doei.'
Ik wacht zijn antwoord niet af en trek een sprintje. Eenmaal in de trein zoek ik de stiltecoupé op en rust mijn hoofd tegen het raam. Ik probeer me voor te stellen wat er zo meteen gaat gebeuren. Wat is mijn plan? Daan heeft gelijk, ik heb geen idee. Het enige wat me duidelijk is, is dat ik mijn vriendin nu niet alleen moet laten met die kerel. Ik snap wel wat haar in hem aantrekt. Ik voelde het ook. Een donkerte, een spanning die je voelt wanneer je weet dat er ook gevaar schuilt. Alles zou prima zijn zou ik niet denken dat er meer in het spel is. Haar wazige ogen, haar magere lijf; het wijst allemaal op foute boel.
Lees ook: Anna Karolina #98: Open je ogen
Ruim een uur later stap ik uit. Ik voer het adres in dat Juul prevelde vanochtend en ben blij te zien dat het slechts een kleine tien minuten lopen is van het station. Als alles meezit zijn we zo weer onderweg naar huis. Ik volg de aanwijzingen van mijn Google maps en kom aan bij een monumentaal pand. Zonder te weten wat hierna gaat gebeuren druk ik één voor één op de koperen belknoppen. Het blijft stil, muisstil. Dat betekent dat ze er nog niet zijn. Ik ga aan de overkant van de weg staan en selecteer het nummer van Daan, maar al gauw hang ik op. Ik zie een gordijn bewegen op de vierde etage en ik druk nogmaals op de bel. Niks. Ik druk de knop de derde keer flink in en hoor een zoemend geluid. Ik moet mijn hele lijf ertegenaan gooien om de immense poort verder open te krijgen.
'Hallo.'
Ik roep naar boven maar hoor alleen mijn echo galmen in het trappenhuis. De leuning voelt koud en hard aan. Ik had hier beter over na moeten denken. Ik voel me angstig, kwetsbaar en vooral helemaal alleen. What was I thinking? Eenmaal op de vierde verdieping zie ik een gang vol dichte deuren. Je kan hier een kanon afschieten.
'Hallo? Is daar iemand?'
Een deur gaat langzaam open en ik sta als verlamd.
Wordt vervolgd.
Lees hier meer van Anna Karolina