Baby aan boord #8: Hallo, nieuwe tieten
Marloes is zwanger van haar eerste kind. En in verwachting zijn blijkt fantastisch, doodeng, zwaar, hilarisch en vol met plottwists. Voor &C schrijft ze over haar zwangerschap. Deze keer: groeiende borsten die een eigen leven lijken te leiden.
Ik ben koffie aan het drinken voor een mogelijke, nieuwe opdracht. Ik en mijn afspraak nemen net afscheid van elkaar en terwijl ik het bedrijf uitloop hoor ik een pang. Ik voel dat mijn linkerborst behoorlijk los in de kooi zit. Ik concludeer dat mijn tieten de E-cup hebben uitgespeeld. The fok! En ik was er net aan gewend.
Lees ook: Baby aan boord #7: De zwangerschapsbroek
Ik heb ze, die tieten, namelijk pas sinds ongeveer week 14 van mijn zwangerschap. Niets geleidelijk. Geen cup-hoppen. Ik werd wakker en BAM daar waren ze. *Insert het tietenlied van Kinderen voor Kinderen.* Oké, ik had heus wel wat daarvoor. Maar om het nou ‘tieten’ te noemen? Nee. Ik refereerde liever aan mijn borstpartij met woorden als prammetjes en snoezig.
Ik heb kleine borsten altijd een voordeel gevonden. Ik kon rustig sporten zonder mezelf knock-out te slaan. Mijn kast lag vol esthetisch gezellige beha’s zonder functie. Grote borsten boeiden mij vrij weinig. Waarschijnlijk ben ik net als mijn man meer een billenmens dan een borstenmens. Al moet ik zeggen dat hij zich, nu er opeens tieten zijn, in rap tempo ontwikkelt tot borstenman. Hij is – zwak uitgedrukt – iedere keer als ik de douche uit kom lopen weer blij verrast. Keywords als moedermelk en klieren schrikken hem niet af. Niet bang, die jongen.
Ik moest iets langer wennen. Ochtenden lang heb ik ze vastgehouden alsof ik een exotisch, onbekend stuk fruit in mijn handen had. Vervolgens propte ik ze luid zuchtend in een veel te kleine beha. Ontkenning heet dat. En dom. Want behalve oncomfortabel, had het push-up-effect van mijn nieuwe tieten in mijn oude, kittige behaatje niet bepaald het gewenste Victoria’s Secret-effect. Ik kon zo de kermis op als ‘de vrouw met de vier tieten.’ Geen goede look. Het werd tijd om mijn moeder in te schakelen.
Lees ook: Baby aan boord #6: Stemmingswisselingen
Samen gingen we naar de winkel waar we ooit, honderd jaar geleden, mijn eerste beha kochten. Mijn vader noemde het destijds een ‘vliegertje’. Hij vond dat een zeer geestige opmerking, ik heb een week niet met hem gespraat. Nou pap, vliegertje no more.
Het welbekende meetlint werd omgedaan.
‘E,’ zei de verkoopster vrolijk. ‘Heb je al een beha in gedachten?’
Pardon? Even terug naar die E?
‘Dat kan niet. Ik had B.’ Ik stotterde. ‘Hou ik niet gewoon vocht vast, ofzo?’ probeerde ik nog.
Nope. Het verdict was en bleef E.
Ik paste de bh en verrek, het was echt een E. Met drie nieuwe beha’s in de pocket appte ik mijn vriendinnen: ‘Ik kocht net een beha 70E.’ Meteen kreeg ik terug: ‘Bedoel je nou dat de beha 70 euro kostte?’ Ongeloof alom. Een vriendin die al moeder is appte dat het er allemaal weer af gaat, en dat je bij echte pech zelfs minder overhoudt dan het startpunt. Een fijn vooruitzicht.
Maar aan minder worden denken mijn tieten voorlopig nog even niet. We zijn een aantal weken verder en de E-cup kan inmiddels dus ook aan de wilgen worden gehangen. Gelukkig gaat het alfabet tot Z.
Lees hier meer van Marloes Berghege.