Baby aan boord #15: Borstvoeding
Marloes is zwanger van haar eerste kind. En in verwachting zijn blijkt fantastisch, doodeng, zwaar, hilarisch en vol met plottwists. Voor &C schrijft ze over haar zwangerschap. Deze keer: borstvoeding.
Laatst ging ik naar een borstvoedingscursus.
Ik had mijn man niet meegenomen, want die heeft geen borsten. Leek mij voor hem dus niet zo heel interessant. Schijnbaar was ik de enige die zo dacht, want ik kom binnen in een ruimte gevuld met stellen die elkaars hand vasthouden. Oeps. De rest van de avond heb ik de behoefte om aan niemand in het bijzonder te vertellen dat ik wel een partner heb, maar dat die er gewoon niet is. Ik zeg uiteraard niets. Niemand praat ook met mij, want iedereen heeft iemand bij zich.
Lees ook: Baby aan boord #14: Bemoeienis
De cursus begint. Ik wist van tevoren niet of het wel iets voor mij zou zijn. Ik wil graag borstvoeding proberen te geven, maar ik word over het algemeen vrij recalcitrant van mensen die heel stellig zijn in hun mening en geen enkele ruimte zien voor andere meningen.
De borstvoedingsmaffia is daar een goed voorbeeld van. Ik ben online al kort met ze in aanraking gekomen toen ik opzocht wat ik nu eigenlijk in huis moet hebben voor borstvoeding. Iemand gaf als tip om ook wat flesvoeding in huis te hebben just in case. Voor het geval het niet lukt. De arme vrouw werd gestenigd en leken werden op het hart gedrukt dat borstvoeding nooit zal lukken als je al flesvoeding in huis hebt. Want dan wil je het gewoon niet graag genoeg. Ik zette onmiddellijk flesvoeding op mijn kooplijstje.
Mentaal heb ik me ingesteld op een avondje borstvoedingsmaffia, maar gelukkig steekt de lactatiedeskundige – in de categorie beroepen waar ik nog nooit eerder van gehoord had – meteen van wal met het statement dat borstvoeding niet altijd lukt en niet altijd de juiste keuze is. En dat we blij mogen zijn dat we in een land leven waar de alternatieven goed zijn. Behoor jij tot de groep waarbij het niet lukt, dan is dit prima en hoef je je niet een slechte en gefaalde moeder te voelen. Gelukkig maar.
De rest van de avond kijken we naar filmpjes van baby’s die naar tepels happen en worden we per filmpje getest. Gaat het hier goed of hebben we te maken met loos gesabbel? Leergierig maak ik aantekeningen: wacht op grote hap, tepel langs bovenlip en neus baby, geen lipjes baby zichtbaar, let op voedingssignalen, blijf zelf goed eten. Die laatste onderstreep ik. Ik hoef geen marathons meer te lopen, want met die borstvoeding blijk je ook behoorlijk wat calorieën te verbranden.
Lees ook: Baby aan boord #13: De babyuitzet
Bij de rondvraag kaart ik nog even aan dat ik mij absoluut niet kan voorstellen dat er iets uit mijn borsten komt. Ik vind het maar een gek idee. Ik zie dat mijn borsten groter en steviger zijn, maar dat ik over een paar weken een tappunt ben: nee, dat gaat er bij mij echt nog niet in. Gaat dat wel goedkomen? Er wordt me op het hart gedrukt dat de melk ook bij mij zal gaan stromen. We gaan het zien. Het is een poging waard.
’s Nachts droom ik over tepels, happende baby’s en mijn eigen borsten die met een stevige melkstraal blikjes van de tafel afschieten. De borstvoedingsmaffia zou trots op me zijn.
Lees hier meer van Marloes Berghege.