Marloes: 'Mijn kind is geobsedeerd met speelgoed van anderen'
Marloes is nu 19 maanden moeder van Kiki. Mama zijn blijkt fantastisch, doodeng, zwaar, hilarisch en vol met plottwists. Voor &C schrijft ze over haar leven als moeder. Deze week over speelgoed en waarom Kiki nooit met dat van haar wil spelen.
Soms heb ik het idee dat kinderen onderling hebben afgesproken dat ze hun eigen speelgoed prut vinden. Gewoon, om de dag nog net dat beetje extra dynamiek mee te geven. Een voorbeeld: toen de quarantaine net begon was ik doodsbang dat de boel helemaal op slot zou gaan en we Kiki iedere dag zouden moeten uitlaten in de voortuin (type postzegel). De voortuin zonder buitenspeelgoed, want we wonen er nog niet zo lang. Paniek. Ik pakte royaal uit en kocht een speelhuisje met glijbaan. Een soort van mini fort. Klimmen, verstoppen, glijden: helemaal leuk. Hij staat nu stof te vangen in de voortuin, want Kiki gaat er zelden op. Ze speelt er alleen mee als een ander kind er eerst mee gaat spelen. En ook dan beperkt het zich tot één keer van de glijbaan. Dat is dan meer een territoriale glij-actie.
Lees ook: Marloes: 'Ik ben bang dat Kiki zich als een koala aan me vastklampt'
Vooruit, misschien was dat speelhuisje dan geen hit. Dat kan. Maar ik heb het idee dat het niet aan het speelhuisje ligt. Ik zie namelijk een duidelijke lijn in wat Kiki leuk vindt en wat niet. Ligt het buiten ons huis? Ja. Is het niet van haar? Ja. Dan is het leuk. Een apart fenomeen. In haar eigen tuin ligt een voetbal die ze al weken links laat liggen, in de tuin van de buren een balletje dat ze maar niet kan laten liggen. Wat is dat toch?
Ik kan wel zeggen dat mijn kind geobsedeerd is door speelgoed van anderen. En dat maakt Kiki de allergrootste dief van onze straat. Ballen, poppen, scheppen: geen stukje speelgoed is veilig voor haar grijpgrage handjes. Haar nieuwste aanwinst is een houten hond op wieltjes aan een touw. De hond en Kiki zijn onafscheidelijk. Zie je Kiki, dan zie je twee seconden later de hond voorbij rollen. Hartstikke leuk voor Kiki, maar van wie is deze hond eigenlijk? Ik wil niet dat er ergens verderop in de straat een peuter zichzelf iedere dag in slaap huilt omdat zijn of haar hond foetsie is. Maar tot nu toe herkent niemand in de buurt het houten beestje en mag hij nog even blijven.
Lees ook: Dreumesdingen #28: Moederdag
Het speelgoed-beleid van Kiki is overigens niet helemaal waterdicht. Ik heb een lek in de smiezen: tweedehands speelgoed. Kiki heeft nog weleens een confrontatie met kindjes uit de straat als ze er met hun loopauto vandoor gaat. Bij één loopauto in het bijzonder – zeer gammel, zeer plastic en met diverse knoppen waar hysterische muziek uitkomt – is ze niet weg te slaan. De kleine eigenaar speelt er toch echt liever zelf mee, maar ze is er zo gek op dat we besluiten op Marktplaats op zoek te gaan naar een exemplaar dat er op lijkt. De perfecte ‘Kiki-mobiel’ is snel gevonden en voor een paar euro kunnen we hem meteen ophalen. Top!
‘Kijk, Kiki. Dit is jouw wagen. Tweedehands, dus die is van een ander kindje geweest.’
Van een ander kindje geweest? Kiki is meteen fan. Ze duwt het wagentje heen en weer door de straat en roetsjt samen met een paar buurmeisjes een paar keer van de brug. Groot plezier. Daarna racet ze door naar de tuin waar haar favoriete loopwagen altijd staat, parkeert de Kiki-mobiel, jat het loopwagentje en vervolgt haar weg. Echt leuk die Kiki-mobiel, maar het speelgoed blijft altijd beter bij de buren. Altijd. En als je ouder wordt, dan wordt dat vanzelf het gras.
Lees hier meer van Marloes Berghege.