Cesar Majorana: 'We zijn allemaal de slet van ons broodritueel'
Cesar Majorana is een bad bitch met een angst voor het universum. Hij presenteert tv-programma's en schrijft voor &C over typische millennials issues. Deze week maakt hij zich druk over de Nederlandse boterhammen-met-beleg-cultuur.
Als je ooit taco’s hebt gegeten in Tijuana, of een pizza in Napels, of falafel in Tel Aviv, dan snap je wat ik bedoel. Wereldwijd eten mensen beter, goedkoper en duurzamer dan wij in ons kikkerlandje. Deze week at ik een thuisbezorgde lunch (van het type dat naar je huis wordt gefietst op de rug van een puber met zzp-contract) en raakte de pijn van een dure, warme lunch mij. Als je een keer wilt afwijken van het brood-uit-de-kantine betaal je meteen tankstationprijzen.
Mijn beste vriendje op de basisschool was Xin-Khan. Een Chinees jochie met dezelfde Pokémon-obsessie als ik. We waren twee jongens met afgetrapte kinderschoenen en geschaafde knieën en als ik bij hem ging spelen na schooltijd dan aten we warm in het restaurant van zijn ouders. Gewoon, na schooltijd, als lunch. We kregen daar dumplings die even groot waren als mijn kinderhoofd. Ik heb in mijn basisschooltijd zo’n beetje iedere week met Xin-Khang afgesproken, voor de Pokémons, maar ook voor de Chinese hapjes.
Lees ook: Cesar Majorana: 'Ik was vroeger te arm voor minimalisme'
Uiteindelijk sloot het restaurant van zijn ouders en verhuisde Xin-Khan naar China. Ik verloor hem uit het oog en nu is het onmogelijk om Xin-Khan online te vinden met 1,3 miljard Chinezen op aarde. Bovendien gebruiken ze niet eens Facebook. Maar als ik hem kon spreken zou ik zeggen: goede vriend, bedankt voor de culinaire opvoeding.
De warme lunches bij Xin-Khan leerde me: een lunch mag ook gewoon zorgzaam en warm zijn. Je hoeft je lunch niet te verwaarlozen met een snelle boterham.
Onze boterhammen-met-beleg-cultuur is namelijk het culinaire equivalent van sokken in sandalen. Begrijp me niet verkeerd, Nederland kent goede maaltijden (andijviestampot en kroketten horen daarbij), maar onze lunches zijn beroerd. En bovendien, als je iets vers wilt eten, betaal je daarvoor alsof het geserveerd wordt in een vergulde bavianenschedel.
Wij Nederlanders willen een zak brood van 2 euro en een beleg van 1,50 en dan zijn we tevreden. Dat is ons ontbijt en eveneens lunch. Wanneer je je lunch thuis vergeten bent, koop je iets in de kantine. Daar is dan ook een assortiment aan brood voor je. Met beleg. Zo voltrekken we ons nationale lunchritueel.
Doordat we zo graag boterhammen met beleg eten, vergeten we wat voedzame lunch betekent. Een pokébowl of een gevulde soep lijken alleen door hippe millennials gegeten te worden (power to them), maar stap een Hollandse lunchroom binnen en een broodje gezond is de ultieme culinaire versnapering. En die kost dan meteen 6 euro 50.
Zoiets gaat in Italië anders. Op vakantie in Turijn at ik ’s middags pasta voor de prijs van een saucijzenbroodje. Vers en warm in een restaurant, waar de wijnkaart eerder een soort wijnbijbel was. En een ober die geboren leek in het kostuum dat hij droeg. Inclusief zijn verzorgde Italiaanse snor. Daar is je lunch een ritueel waar zelfs kostuums bij horen. En wat wij een avondmaal vinden is in het land van herkomst gewoon lunch.
Lees ook: Cesar Majorana: 'Ik kan niet stoppen met gluren naar al mijn sekspartners'
We zijn allemaal de slet van het broodritueel. Ik eet bijvoorbeeld graag oude-kaassalade op brood, wat een soort mayonaise met imitatiekaas erin is. In mijn hart weet ik dat er beter bestaat. En gezonder, maar ik zit vast en met mij eet heel Nederland eerder een boterham dan een pasta carbonara als lunch.
Dus ik beloof nu te stoppen. Of in ieder geval het beter te doen. Voor mij vanaf 2019 geen brood meer en zeker geen oude-kaassalade. En ook geen thuisbezorgd, want 19 euro voor een pasta doet meer pijn dan aangereden worden door zo’n Deliveroo-fiets.
Lees hier meer columns van Cesar Majorana