Carmen: 'Ik ben niet van dat eeuwige gelul over hoe ik flippo's mis'
Carmen Felix (32) woont in Amsterdam, is schrijver en verslaafd aan Twitter. Ze schrijft elke maand een column voor &C.
Ik ben een nineties-kind. En nou ben ik behoorlijk sentimenteel en iemand die flink van mijmeren over vroeger houdt, maar ik ben niet echt te porren voor eeuwig gelul over hoe erg ik flippo’s mis of zo. En dat is ook helemaal niet waar de nineties voor mij voor staan. Als ik aan de nineties denk, dan denk ik aan naar school gaan, met m’n twee oudere zussen kibbelen, ze toch overhalen om me mee te nemen naar de kermis, met m’n ouders naar Frankrijk rijden in een Volkswagen Jetta zonder airco, naar m’n oma in Geleen om daar te logeren, heel veel Telekids kijken ook al vond ik alle stukjes met Carlo en Irene irritant en droomde ik van een functie waarbij je hun geklets kon doorspoelen. Ik ben geboren in 1986. In de jaren negentig was ik tussen de vier en veertien. Geen idee of je dan al kunt spreken in termen van subculturen waartoe je behoorde, maar een eigen persoonlijkheidje had ik sowieso al.
Lees ook: Carmen: 'Waarom is de gezonde gulden middenweg zo moeilijk?'
Als ik aan de nineties denk, denk ik eerder aan krantenkoppen, sterfgevallen en belangrijke momenten die ik met m’n familie beleefde. Dan denk ik aan dat ik precies weet hoe geërgerd ik voor de televisie zat toen er een extra journaaluitzending kwam op 31 augustus 1997, over de dood van prinses Diana. ‘Hartstikke leuk en aardig allemaal maar ik zit net met een tosti ham-kaas voor de televisie om m’n programma’s te kijken,’ moet de elfjarige Carmen die ochtend tactloos hebben verzucht. Ik was nog niet echt onder de indruk van een celebritydood, zo bleek.
Of dan die keer in 1993 dat m’n oudste zus de badkamer in kwam terwijl ik net op de wc zat. Erg brutaal vond ik dat, kan ik me nog goed herinneren. Het was haar allemaal vergeven zodra ik hoorde dat ze me kwam vertellen over de dood van mijn oom Leon. ‘Mama is heel erg verdrietig, dan weet je dat alvast.’ Ik hoop dat ik op z’n minst niet gereageerd heb met: ‘Mag ik me nu dan even op m’n gemak afvegen, ja?’
Lees ook: Carmen: 'Nope, kerst is absoluut nooit zoals in de film'
Zoals ik al zei: ik word niet emotioneel van flippo’s of oude videoclips van de Backstreet Boys. Ik word eerder emotioneel van de gedachte aan dingen die ik zelf heb gezegd, gedaan of meegemaakt. En die momenten zijn echt niet allemaal zo significant als de dood van Diana of Leon. Ik weet nog dat ik minstens vijf jaar boos op mezelf ben geweest dat ik een potentieel vriendje uit groep vier (sorry, Pascal!) de voordeur in z’n gezicht heb gegooid omdat ik geen zin had om buiten te spelen. En ik kan me ook nog precies herinneren hoe rot ik me wekenlang als zevenjarige had gevoeld toen ik ergens in een van m’n vele schriftjes met teddybeerthema ‘mama is een trut’ had geschreven. Natuurlijk kwam ze erachter. En natuurlijk vond ik m’n moeder de dag dat ik het schreef een trut omdat ik m’n kamer moest opruimen. Als ik aan de jaren negentig denk, dan denk ik vooral de hele tijd: god, waren dat nou m’n problemen? Lag ik daar nou wakker van als kind? En dan heb ik heel veel zin om een megafoon te pakken en even heel hard in de oren van m’n tienjarige ik te schreeuwen dat ik ‘ABSOLUUT MEER MOET GENIETEN VAN EINDELOOS BUITEN SPELEN IN DE AVONDZON, OVER EEN PAAR JAAR ZIT JE IN DE RATS OVER JE BELASTINGAANGIFTE EN DIE REKENING VAN WATERNET!’
Deze column verscheen eerder in magazine &C 3, 2019. Lees hier meer columns van Carmen Felix.