Carmen: 'Vroeger werd mijn geslachtsorgaan liefkozend piepiet genoemd'
Carmen Felix (33) woont in Amsterdam, is schrijver en verslaafd aan Twitter. Ze schrijft elke maand een column voor &C.
Is-ie wel in orde? Of is het een zij? Is ze oké? Is ze doorsnee? Of is ze een beetje… afwijkend? Is ze zoals in de films? Is ze eigenlijk wel gezond? Doet ze het wel? Gaat ze me geven wat ik nodig heb? Is ze ziek? Is ze buiten werking? Wordt ze verwaarloosd? Kijk ik vaak genoeg naar d’r? Moet ik haar niet vaker aanraken? Of laat ik het maar gewoon aan m’n vriend over? Mag ze me wel? Is ze tevreden? Hoe vindt ze het zelf eigenlijk om een kut te zijn?
Brr, aan rillingen geen gebrek als ik mijn vagina (te klinisch) moet omschrijven. Hierboven ben ik voor de fun maar weer eens voor het woordje kut gegaan (alsof iemand ernaar gromt en erop spuugt), maar daar word je toch ook niet vrolijk van? Maar juist de vrolijke opties als flamoes (zoooo kinderachtig) zijn haar absoluut niet waard. Als kind werd mijn geslachtsorgaan liefkozend piepiet genoemd door mijn ouders en mij (niks goors aan, gewoon zoals je met je kinderen over bijvoorbeeld voortplanting en hygiëne praat). Tegenwoordig ben ik de draad een beetje kwijt. Voor een lichaamsdeel dat zo veel voor me betekent, is het aardig lastig haar gewoon eens normaal te benoemen en benaderen.
Lees ook: Carmen: 'Het voelt sneu om dit te typen, maar zie het als coming-out'
Ik vermoed dat het onderdeel is van de algehele kutschaamte die woedt in de wereld. Maar vooral ook specifiek in dit land: in Amerikaanse films bezoeken die preutse lui tenminste nog af en toe een gynaecoloog, één keer per jaar ofzo. Waar wij dat al gedoe vinden met onze tandarts, is het welzijn van je sneetje daar tenminste onderdeel van de jaarlijkse onderhoudsbeurt. Nooit echt bij stilgestaan natuurlijk, dat het nodig is. Het ergste waar je je als carefree twintiger met een vulva druk om maakt is of het inderdaad waar is wat Maikel tijdens het indrinken laatst door de soos riep: gaat m’n poesje stinken van het drinken van bier?
Flashforward naar tien jaar later en je zou opeens een baby’tje willen vasthouden, liefst één opgemaakt uit jouw DNA. Tja, dat is hartstikke leuk en aardig, maar dan moet je vleesportemonnee wel genoeg muntjes hebben. En iedereen weet: hoe ouder je wordt, hoe minder muntjes er in dat gestoppelde beursje zitten. En soms nog erger: er zijn vrouwen die met een lege buidel geboren worden. Ja, dan ga je opeens anders naar je foefje kijken. Leuk hoor, dat je makkelijk kunt klaarkomen, geen gekke, paarse afscheiding of onverklaarbare jeuk hebt, maar dat ding is toch gemaakt om op den duur een bol babyhoofd te omklemmen? Wat flikt ze je nu dan?
Lees ook: Carmen: 'Er komt een fase dat je je doodergert aan je ouders'
Mwah, ik denk dat we te hard zijn voor onze pruimen.
Heel veel eisen, maar intussen hartstikke weinig terug willen doen. Misschien moeten we haar eerst eens accepteren zoals ze is, zoals je dat ook bij jezelf probeert te doen. Hartstikke leuk dat je lekker naar de wellness gaat voor een dagje selfcare, maar vergeet je aan het eind van de dag je muisje geen aai te geven? Worden we allemaal kalm van. Voor wat hoort wat, tenslotte.
Deze column stond in &C 2, 2020. Lees de laatste column van Carmen in de nieuwste editie van &C ('Vrienden voor het leven (of voor even)'), die nu in de winkel ligt. Hier vind je meer columns van Carmen Felix. Wil je geen &C meer missen en profiteren van leuke extra’s? Word dan abonnee.