Carmen: 'Die oude, smerige collega dacht dat-ie mij wel kon regelen'
Carmen Felix (35) is freelancejournalist, fervent twitteraar en schreef het boek Je kunt het ook nooit goed doen. Ze is onlangs moeder geworden van dochter Vesper. Elke maand schrijft ze een column voor &C Magazine. Deze keer over collega's en waarom ze die vooral níet mist als freelancer.
Ik ben sinds een paar jaar zo'n sneue freelance kluizenaar die het liefst de hele dag meurend in haar krokante ochtendjas zit te tikken op de bank, met een veel te heet wordende laptop op m'n schoot. Heel af en toe heb ik een opdracht (meestal voor het geld, laten we wel wezen) waarvoor ik helaas naar buiten moet. De straat op of het kantoor in. Ik vermeld erbij dat ik deze opdrachten aanneem voor de financiële beloning omdat ik liever helemaal nooit meer op een kantoor zit. Tenminste, zo voel ik het nu, wie weet hoe ik me over een jaar voel. Ik heb namelijk een flinke haat-liefdeverhouding met alles wat bij reguliere werkomstandigheden hoort. Maar vooral met... collega's.
Lees ook: Carmen: 'Ik heb nu geen ruimte om de seizoendepressivo uit te hangen'
Alle clichématige collegiale ergernissen zijn bij mij de revue gepasseerd. Ik had ooit een collega die zo stonk dat ik en een andere collega verschillende deo's op onze bureaus zetten en die óf in de lucht spoten als de stinkerd in de buurt was óf als een soort goed voorbeeld zoals je bij kleuters doet, zelf onze oksels fris spoten in de hoop dat de vieze collega volgde. Dit gebeurde nooit. Ook niet nadat we hem tot twee keer toe in een persoonlijk gesprek vertelden dat hij stonk.
Ik heb collega's gehad die aan kinderachtige groepjesvorming en de bijbehorende uitsluiting deden. Ik heb collega's gehad die urenlang konden tafelvoetballen en dan verbolgen deden over het feit dat ik stipt om 17.30 uur naar huis ging omdat ik m'n werk wél op tijd af had. Ik heb collega's gehad die tegen me aan bleven lullen ondanks dat m'n gezicht op standje 'ik ben hier niet om vrienden te maken, ik moet m'n huur gewoon betalen' stond. Ik heb een oudere, smerige collega van achter in de vijftig gehad die dacht dat-ie mij wel kon regelen toen ik 21 was, ondanks het feit dat hij exact hetzelfde werk deed voor hetzelfde salaris. In de herfst van z'n leven. Ik heb roddels, anger issues, ongepaste emoties, Facebook-verslaafden, baaslikkers en energiezuigers meegemaakt, maar niks is zo erg als de collega die jou na een lange vermoeiende werkdag om elf uur 's avonds nog lastigvalt op WhatsApp met iets wat makkelijk een e-mail had kunnen zijn. De volgende dag.
Lees ook: Carmen: 'Geef je geen feestje, dan krijg je geen cadeau'
Begrijp me niet verkeerd, ik ben er heilig van overtuigd dat fucking leuke collega's een bloedsaaie baan dragelijk kunnen maken. Of misschien zelfs naar een hoger niveau kunnen tillen. Er is tenslotte niets wat zo kan verbroederen als een dictator als leidinggevende of allemaal in hetzelfde geestdodende schuitje zitten onder dat systeemplafond waar je helaas toch zo'n veertig uur per week doorbrengt. Ik mis het als eenzame freelancer in een gore badjas soms om tegen een collega te klagen over dingen waar alleen jullie iets van snappen. Maar net als dat leuke collega's een oase in je woestijn kunnen zijn, kunnen rotcollega's ervoor zorgen dat je elke dag weer in 'de baas z'n tijd' zit te flirten met je favoriete vacaturewebsites. Dat mis ik dan weer niet.
Deze column staat in het februarinummer van &C 'Van je collega's moet je het hebben', dat nu in de winkels ligt en hier te bestellen is.
&C gaat de komende tijd op zoek naar de allerleukste collega's. Heb jij een hilarische anekdote over je collega? Nomineer diegene dan nu als Door-jou-pis-ik-altijd-in-mijn-broek-collega op &C's Instagram of Facebook en maak kans op een heerlijk hysterische mok voor diegene.