De Samenwoonmonologen #20: Samen niets doen
Wendy woont sinds kort samen met haar vriend. En dat levert verhalen op. In De Samenwoonmonologen deelt ze elke week de meest frustrerende (en vooruit: soms ook de gezellige) aspecten van het samenwonen. Want zo’n vent in huis: het is effe wennen. Deze keer: samen niks doen.
Als je gaat samenwonen, denk je: dat wordt hártstikke gezellig. Altijd met z’n tweeën zijn, betekent namelijk iedere dag de mogelijkheid hebben om samen leuke dingen te doen. Ik verkeerde in de veronderstelling dat we elke avond thuis zouden komen na ons werk, in onze handen zouden wrijven en zouden vragen: ‘Nou, wat zullen we vanavond weer voor tofs gaan doen?’ Dat leven met z’n twee: daar zouden wij alles uit gaan halen. Het zou áltijd bal zijn.
Ik dacht dat we elke week een nieuw restaurantje in de buurt zouden gaan ontdekken. Ik dacht dat we vaak naar de bioscoop zouden gaan. Ik dacht dat we regelmatig uitgebreid zouden koken. (Oké, oké, ik wist heus wel dat dat laatste nooit zou gaan gebeuren, maar soit). Ik dacht dat we… Ach, het maakt helemaal niet uit wat ik allemaal dacht.
Er bleek namelijk geen ene reet van al mijn verwachtingen te kloppen.
Lees ook: De Samenwoonmonologen #19: Tandenpoetsen
Weldra deden we namelijk heel erg weinig. En met heel erg weinig bedoel ik: we zaten ‘s avonds op de bank, aten ons bord leeg, scrolden wat door onze telefoon heen, en gingen daarna slapen. In de weekenden deden we datzelfde, alleen dan gingen we overdag soms even langs de bakker om ‘iets voor bij de koffie’ te halen. ‘Iets voor bij de koffie…’ Godskolere, als iemand me vroeger had verteld dat ik ooit ‘iets voor bij de koffie’ zou gaan halen, had ik diegene uitgelachen.
Kortom: er was niet bepaald sprake van een bruisend bestaan pour deux. En eerst was ik daar teleurgesteld over. Huilbui, kwaad, alles. Vervolgens was ik verward. Waarom dafuq zaten we als twee bejaarden (maar dan wel met hippe schoenen) te zeveren over het weer terwijl we het laatste beetje groente van ons bord peuzelden? Waar waren de glitters, waar was de champagne, waar was in hemelsnaam het feest van het samenwonen? Had ik misschien een Grote Fout gemaakt?
Insert: BLINDE PANIEK.
Lees ook: De Samenwoonmonologen #18: Samen boodschappen doen
En toen ging ik nadenken. Men neme twee pittige banen waar erg veel uren in gestoken worden. Eén fanatieke sporter en iemand die ook wanhopig probeert ietwat fit te blijven. (Ik hoef hier nu verder niet over uit te weiden toch?) Voeg daaraan toe familie, vrienden en vage kennissen die ook allemaal aandacht verlangen, en voilà: je hebt het recept voor een bestaan waarin je verder vooral een beetje rust nodig hebt.
En was het eigenlijk niet heel erg fijn dat we precies dát met elkaar deelden?
Nu denk ik er dus helemaal anders over als we weer eens een regenbui analyseren (‘deze duurt niet lang hoor’) of de laatste stukjes kroepoek verdelen. Hoe fijn is het om gewoon Netflix & Chill met iemand te kunnen zijn, maar dan in de niet-zo-sexy variant? We gaan volgende week heus wel weer een keer uit eten. Of anders de week daarop. Glitters en champagne worden grondig overschat: bejaard samen op de bank hangen is where it’s at.
Meer Samenwoonmonologen lezen? Dat kan hier.