Thomas: 'Ik ga al wekenlang door het leven met next level smetvrees'
Thomas van der Meer (1986) drinkt zijn koffie zwart, is team koriander en woont aan de rand van het bos. Met zijn debuutroman Welkom bij de club hoopt hij zijn nieuwe badkamer te financieren. Verder studeert hij verpleegkunde en is-ie transgender, maar daar merk je verder niks van.
Op een groot bord bij de ingang van de supermarkt staat in koeienletters: anderhalve meter afstand, maximaal één klant naar binnen en de winkelkar is verplicht. Naast het bord staat een medewerkster. 'De winkelkar is verplicht,' zegt ze tegen twee klanten, een man en een vrouw, en ze wijst naar de rij karren.
'Maar wij hoeven alleen maar even een pakketje op de post te doen.'
'Zou u toch een winkelkar mee willen nemen? En u kunt niet met z'n tweeën naar binnen. Er mag maximaal één persoon naar binnen.'
'Maar hij heeft het pakketje en ik heb het adres,' zegt de vrouw. Intussen ontstaat achter hen een opstopping van mensen die lekker dicht op elkaar staan.
Lees ook: Thomas: 'Het verpleeghuis is op slot en bewoners zijn verontwaardigd'
Even later sta ik bij de kassa achter een man die met contant geld betaalt. 'Wilt u het bonnetje mee?' vraagt de caissière. De man steekt zijn hoofd langs het doorzichtige plastic dat haar moet scheiden van de klant. 'Wat zeg je?' vraagt hij in haar gezicht.
Ik hoorde iemand zeggen dat het virus een IQ-test is. Iemand anders zei dat Mark Rutte denkt dat Nederland geen lockdown nodig heeft omdat we slim genoeg zijn om zelf te bedenken wat wel en niet verstandig is, en dat hij ons enorm overschat. We vinden elkaar kortom heel dom.
Die mensen in de supermarkt doen gewoon wat ze altijd doen. Is dat dom? Je zou kunnen zeggen dat je inderdaad dom bent als je niet in staat bent om je gedrag aan te passen wanneer de situatie erom vraagt. Maar héél dom vind ik het nou ook weer niet; het is niet alsof die mensen zich staan in te smeren met coronastukjes. Zelf ben ik ook dom geweest. Eerder deze maand stond ik nog handen te schudden op het Boekenbal. Dom, dom, dom. En ik zat met vierhonderd mensen in de schouwburg naar een voorstelling te kijken en de volgende dag waren alle evenementen met honderd mensen of meer verboden.
Lees ook: Thomas: 'Toevallig zag een buurvrouw hem op de grond liggen'
Inmiddels ga ik al wekenlang door het leven met next level smetvrees. Met een grote boog loop ik om iedereen heen en ik ga mijn huis alleen uit omdat ik anders verhonger, maar de supermarkt is gevaarlijk. Daar kom ik domme mensen tegen. Stel je voor dat zo'n klant me besmet en dat ik daarna op mijn werk het hele verpleeghuis besmet. Misschien moet ik proberen om voor een langere tijd boodschappen te doen, zodat ik nog minder vaak naar de supermarkt hoef. Dat is hamstergedrag en dat vindt iedereen trouwens ook heel dom.
Gisteren wilde ik een pizza bestellen. Werken die mensen in de keuken wel hygiënisch genoeg? Of is het dom om een pizza te bestellen? Misschien is dat in dit geval afhankelijk van de afloop. Als ik over een paar dagen begin te hoesten, denkt iedereen: welke idioot bestelt er nou ook een pizza!
Lees hier meer columns van Thomas.