Wendy Geerts in &C magazine: 'Ik heb geen vagina meer'
Nu in &C vertelt Wendy Geerts (34) hoe baarmoederhalskanker haar leven drie jaar geleden drastisch overhoop gooide. Haar lichaam kreeg het flink te verduren, en haar vagina moest eraan geloven.
Wendy: 'Toen ze me vertelden wat ze allemaal moesten weghalen – mijn vagina, blaas, eierstokken, anus en een gedeelte van mijn darm – kon ik me er niks bij voorstellen. Geen vagina en anus, dat klinkt als iets onmogelijks, toch? Maar waar eerst mijn vagina, urinebuis en anus zaten, loopt nu een litteken. De baarmoederhalskanker had al die weefsels aangetast, dus alles moest weg. Er zit nu geen opening meer, er kan niks meer in. Mijn schaamlippen en clitoris heb ik gelukkig nog wel. Dus als ik onder de douche sta, zie je er in principe niks van. Maar de stoma, drain en littekens op mijn buik verraden wel degelijk dat er iets met mij aan de hand is. Het begon allemaal met een uitstrijkje op mijn 31ste. Omdat ik tot mijn vijftiende in België heb gewoond – en nu vlak over de grens in Nederland – ga ik daar nog altijd naar de dokter. In België krijgen vrouwen die seksueel actief zijn vanaf hun 25ste elke drie jaar een uitstrijkje, omdat je vanaf dan meer risico loopt op HPV (het humaan papillomavirus, dat baarmoederhalskanker kan veroorzaken, red.). Met mijn vorige uitstrijkje was niks aan de hand, maar deze keer waren afwijkende cellen gezien. 'Maak je niet meteen zorgen,' zei mijn huisarts, 'dit hoeft absoluut geen kanker te betekenen. Maar ga wel even naar de gynaecoloog.'
Lees ook: Kappen met kutten: dit lees je in &C's 'Zeg eens vagina'-nummer
Tijdens een vaginaal onderzoek met kleurstof werden allemaal plekjes zichtbaar. Een aantal scans en biopten later kreeg ik de diagnose: baarmoederhalskanker. Ik schrok niet, ook al was het een totale verrassing. Ik had namelijk nergens last van en voelde me topfit. Ik liep veel hard en was volop leuke dingen aan het doen. Ziek, hoezo? Ik ben van nature vrij nuchter en dacht vooral: oké, en wat gaan we eraan doen? Er waren twee mogelijkheden: chemo en een stukje van de baarmoedermond weghalen óf mijn hele baarmoeder weghalen. Dat laatste wilden ze vanwege mijn leeftijd liever niet doen. Maar ik zei meteen: haal hem er maar uit. Ik heb nooit kinderen gewild. Dat roep ik al sinds mijn zestiende. Waarom zou ik dan risico lopen door maar een klein stukje weg te halen en chemotroep in mijn lijf te stoppen? Met borstkanker zou ik denk ik hetzelfde doen. Maar de artsen in het ziekenhuis hadden hun twijfels. Wat als ik me over een jaar zou bedenken? Ik heb ze echt moeten overtuigen om toch die operatie te doen.
Lees ook: Baarmoeder-mythes: deze 10 dingen moet je weten over HPV
Een enkeling in mijn omgeving zei: maar wie gaat er dan later voor jou zorgen? Dat vond ik zo'n gekke vraag. Er zijn heus wel andere mensen die voor me kunnen zorgen, zei ik, daar hoef ik echt geen kinderen voor te baren. Voor mensen die wél een kinderwens hebben, is deze ziekte veel heftiger. Dan staat je wereld echt op z'n kop. Ik hechtte geen waarde aan mijn baarmoeder. Ik zag ook niet op tegen de operatie, integendeel. Daarna zou ik genezen zijn. Bij wat er zou kunnen misgaan, stond ik niet stil. De artsen vertelden me wel over mogelijke complicaties, maar ik had het volste vertrouwen: ik fiets hier gewoon doorheen. Pas vlak voor ik de operatiekamer binnengereden zou worden, kwamen ineens de tranen. Shit, nu gaat het definitief gebeuren, dacht ik. Toch even in een flits die twijfel: maak ik wel de goede keuze? De gynaecoloog die me troostte vroeg voor de zekerheid: wil je het wel nog steeds? Ja, voelde ik al heel snel, let's go. De operatie was geslaagd en alle snijvlakken waren schoon. Na een week mocht ik al naar huis. Behalve dat ik geen zware dingen mocht tillen of mocht stofzuigen, voelde ik me redelijk fit. Toch kwam na die operatie thuis nog wel een mentale klap. Zo sterk als ik voor de operatie was, zo down was ik nu. Waarom ik? Waarom overkomt mij dit? Hoezo was ik twee weken geleden – voor mijn gevoel – nog gezond, en heb ik nu een beschadigd lijf en kan ik allerlei dingen niet? Gelukkig duurden die verdrietige momenten bij mij nooit veel langer dan een uur. Dan herpakte ik mezelf weer: kom op Wendy, je hebt geluk gehad, maak er het beste van.'
Lees ook: Fleurs vrouw stierf aan kanker: 'Misschien ga ik haar wel achterna'
Brute pech
'Een paar weken na de operatie kreeg ik last van bloedingen. Niet veel, nog minder dan een menstruatie. Ik maakte me niet meteen zorgen; het waren vast nog naweeën van de operatie. Toen ik het ziekenhuis belde, zeiden zij hetzelfde. Maar bij twee maanden begon het toch te knagen: zo lang zou zoiets toch niet moeten duren? Gelukkig had ik toen een nacontrole, waarbij de eerste reactie van de gynaecoloog ook geruststellend was: hoort er allemaal bij. Maar toen ik in de stoel lag voor onderzoek, zei ze meteen: 'O nee, dat ziet er toch niet goed uit.' Boven in de koepel van mijn vagina – die na het dichtmaken van de baarmoedermond nu een 'grotje' was – zag ze een gezwel zitten. Waarschijnlijk was er één ieniemini celletje achtergebleven dat met het blote oog niet zichtbaar was. Geen fout van iets of iemand, maar gewoon domme, brute pech. Op dat moment begon ik me toch wel lichtelijk zorgen te maken.'
De kanker was terug en een nieuwe operatie volgde. Daarna bleek er nog een plekje te zitten, en had Wendy maar twee opties: een chemokuur die haar levensduur zou oprekken of een operatie waarbij haar blaas, vagina, anus, eierstokken en een stuk darm verwijderd zouden worden. Wendy koos het laatste, waardoor haar vaginaopening nu helemaal dicht is. Benieuwd naar het hele interview? Je leest het nu in &C en op Blendle. Wil je geen &C meer missen en profiteren van leuke extra's? Word dan hier abonnee.
* Heb je zelf te maken met gynaecologische kanker of wil je er meer over weten? Olijf is een netwerk voor vrouwen met gynaecologische kanker en hun naasten waar je ervaringsverhalen kunt lezen en in contact kunt komen met lotgenoten.