Mieke (32) ging gestrekt voor een zaal vol studenten
Elke maand lees je in &C een gênant waargebeurd verhaal, van het soort dat je wangen knalrood kleuren en je buik samentrekt. Sommige mensen kicken erop te presenteren voor groepen. Anderen, Mieke (32) bijvoorbeeld, niet.
Mieke: 'Ik hou niet van spreken voor groepen, daar heb ik nooit van gehouden. Geef mij in een vergadering met tien mensen het woord en ik krijg al vlekken in mijn nek. Al die ogen die op me gericht zijn, daar word ik bloednerveus van. Het zal je niet verbazen dat ik er ook nooit van heb gedroomd om te trouwen. Vrijwillig het middelpunt van de belangstelling zijn ten overstaan van honderd man? No, thank you. Hoewel ik het geven van presentaties doorgaans angstvallig – en met succes – vermijd, kreeg ik op een dag een mailtje van mijn oude universiteit. Of ik voor een groep studenten van mijn eigen master wilde komen vertellen over mijn baan bij een communicatiebureau, om ze op carrière-ideeën te brengen. Normaal gesproken is mijn eerste reactie op zo’n verzoek: control-alt-delete, maar nu twijfelde ik. Dat 'uit je comfortzone stappen' waar iedereen zijn mond vol van heeft, moet ik dat niet ook eens proberen? Een zaal vol broekies vertellen wat ik overdag zo'n beetje doe, dat moet ik toch kunnen? Ik ben verdomme in de dértig. Ik besloot voor eens en altijd af te rekenen met mijn presentatievrees. 'Ik doe het,' mailde ik terug naar de docent. De presentatie zou pas plaatsvinden over een paar maanden, dus vervolgens verdween mijn belofte naar de achtergrond. Een week voor P-day zag ik de afspraak weer in mijn agenda: PRESENTATIE UNIVERSITEIT. O ja, fuck. Vastberaden om mezelf niet op te fokken besloot ik: ik bereid niks voor. Laissez-faire. Want tien minuten uit de losse pols praten over je werk, dat kan toch iedere randdebiel?
Lees ook: Lisa (29) stuurde een intieme foto naar de verkeerde persoon
In zwarte coltrui – perfect om eventuele stressvlekken te verhullen – verscheen ik die vrijdag op de universiteit bij de bewuste collegezaal. Zowel in de zaal als ervoor wemelde het van de studenten. Ja hoor, die moesten natuurlijk allemaal op de valreep studiepunten verzamelen. Ik voelde aan de knoop in mijn maag dat de zenuwen begonnen toe te slaan. Godzijdank stond ik als derde op het programma. Zo kon ik me tijdens de presentaties van anderen toch nog even voorbereiden. Omdat alle stoelen in de zaal bezet waren, zat ik op de trap naar het podium te wachten op mijn beurt, met zo'n honderdvijftig gezichten die mijn kant op keken. Koortsachtig probeerde ik mijn verhaal op een rij te krijgen. Toen het moment daar was, stond ik met lood in mijn schoenen op. Waarom had ik hier ook alweer ja tegen gezegd? Gespannen en met kleffe handjes begon ik te praten. Vastbesloten om er zo snel mogelijk van af te zijn, begon ik te ratelen als een bezetene, bijna zonder adem te halen. Na een paar minuten begonnen zwarte vlekken te dansen voor mijn ogen. Mijn stem klonk ineens gedempt, alsof ik een koptelefoon op had. Dit kon maar op één manier eindigen en dat was horizontaal op de grond. En ja hoor. Ik probeerde de lessenaar nog vast te grijpen, maar twee seconden later lag ik al. Na een paar seconden zag ik de docent boven mijn hoofd: 'Gaat het wel?' Totaal verdwaasd liet ik me door haar de zaal uit begeleiden. Was ik zojuist flauwgevallen, midden op het podium, voor het oog van honderdvijftig studenten? Jep. Volgens mij sta ik op de universiteit nog steeds bekend als 'dat meisje dat flauwviel'. Ik heb mijn lesje geleerd. Comfortzone, here I come. Ik ga nooit, maar dan ook nooit meer vrijwillig een podium op.'
Deze 'Ik schaam me kapot' staat in &C's maartnummer 'Vrienden voor het leven (of voor even)'. Wil je geen &C meer missen en profiteren van leuke extra's? Word dan abonnee.