1. Karawatte? 
Met karaat wordt aangeduid hoeveel puur goud verwerkt is in het sieraad. 24 karaat is puur goud, in Nederland is goud van 14 of 18 karaat het meest gangbaar. De wetgeving in Nederland is streng, officieel spreekt men hier pas van een gouden sieraad bij 14 karaat. In Duitsland gaan daarentegen gerust ringetjes van 8 of 9 karaat over de toonbank. Gouden sieraden worden vaak voorzien van een stempelkeurmerk met een nummer. Dat nummer geeft het percentage goud in het sieraad weer en daar kun jij vervolgens weer op letten als je een goud ringetje gaat shoppen. Dat zit zo: 

- 24 karaat bevat 99,99% puur goud en wordt aangeduid met 999
- 22 karaat bevat 91,60% puur goud en wordt aangeduid met 916
- 18 karaat bevat 75% puur goud en wordt aangeduid met 750
- 14 karaat bevat 58,80% puur goud en wordt aangeduid met 585
- 9 karaat bevat 33,75% puur goud en wordt aangeduid met 375

Let wel: sieraden zijn nooit helemaal honderd procent van goud gemaakt: puur goud is namelijk te zwak om sieraden te maken en wordt voor de stevigheid altijd gemengd met andere materialen. 

2. Het verschil tussen geel-, wit-en roségoud
Wie aan goud denkt, heeft eigenlijk direct geelgoud in het hoofd. Maar wie weleens een juwelier bezoekt ziet de opties: witgoud ringetje hier, roségouden kettinkje daar. Dat zit als volgt: witgoud heeft ten opzichte van geelgoud extra zilver, zink of palladium toegevoegd gekregen, zodat je die mooie kleur krijgt. Bij een roségouden sieraad wordt, naast goud dus, koper toegevoegd. Leuk toch?

3. Verguld of goldplated?
Naast 14 karaat en 9 karaat-sieraden, zie je ook vaak sieraden die zijn verguld. We noemen dit ook wel goldplated: deze sieraden zijn een goed alternatief voor goud, omdat ze zijn gemaakt van koper of zilver en een goud laagje eroverheen hebben gekregen. Wel de looks, niet de ka-tsjing, zeg maar.

Zin gekregen om iets moois te shoppen? Voor jezelf of - moederdag alert - voor di mama? Kijk vooral hieronder.