Thomas: 'Ik zag niemand in de tram met wie ik wilde paren'
Thomas van der Meer (1986) drinkt zijn koffie zwart, is team koriander en woont aan de rand van het bos. Met zijn debuutroman Welkom bij de club hoopt hij zijn nieuwe badkamer te financieren. Verder studeert hij verpleegkunde en is-ie transgender, maar daar merk je verder niks van.
'Willen jullie allemaal je naam opschrijven?' vroeg ik. Tegenover me zat een groep gay en transgender mensen; samen met een andere auteur gaf ik een lhbt-schrijfworkshop. Ze schreven hun naam op papier en vouwden er een naambordje van. 'Zet je voornaamwoorden er ook maar bij,' zei de andere auteur.
Het is handig om te weten of iemand een voorkeur heeft voor hij of zij, omdat sommige transgender mensen anders genoemd willen worden dan hoe ze eruitzien. Ik vind dat niet moeilijk. Als iemand zegt dat ze een vrouw is, dan neem ik dat gewoon aan. Ook als ze eruitziet als een beer van een vent. Maar de deelnemers van de workshop schreven niet alleen hij/hem en zij/haar op. Op sommige naambordjes stond hen/hun. Non-binaire mensen hebben het gevoel geen man of vrouw te zijn, zij gebruiken hen en hun. De Britse zanger Sam Smith is bijvoorbeeld non-binair en wil zo aangesproken worden.
Lees ook: Thomas: 'Mannen verkopen meer boeken dan vrouwen'
Halverwege mijn transitie was er een periode waarin ik er al een beetje uitzag als een jongen, maar ook nog wel als een meisje. Ik had toen verwacht dat mensen zouden twijfelen wat ik was. Dat gebeurde niet. Sommige mensen noemden me meneer en anderen zeiden al mevrouw, maar niemand leek te twijfelen. Mijn psycholoog zei dat mensen in een fractie van een seconde bepalen of iemand een man of een vrouw is. 'Dat is het eerste wat je doet als je een ander mens ziet,' zei hij. 'Dat zit in onze natuur. We willen weten met wie we kunnen paren.'
'Ik niet hoor,' zei ik. Het klonk mij nogal primitief in de oren. Bovendien hoef je voor seks niet per se te weten of iemand een man of een vrouw is. Je kunt het in theorie met iedereen doen. Die middag zat ik in een volle tram en toen keek ik eens even goed om me heen of ik iemand zag met wie ik wilde paren. Er zat niemand voor me bij.
Als de psycholoog gelijk had dan kun je zelf misschien het gevoel hebben non-binair te zijn, maar zullen anderen je wel altijd nog zien als een man of een vrouw. Maar volgens mij had de psycholoog geen gelijk. Meestal bazelen psychologen maar wat.
Lees ook: Thomas: 'Een bord terugsturen in een restaurant? Zou ik nóóit doen'
Hoe dan ook: hen en hun. Hoe werkt dat in de praktijk? Daar had ik nog nooit over nagedacht. Het zijn meervoudsvormen, maar het is vreemd om in meervoud over één persoon te praten. Of moet je dan zeggen: 'Hen stapt op hun fiets'? Dat is ook vreselijk. Je zal maar een boek moeten lezen over een non-binair personage, dat is een grammaticale ramp.
Zo zat ik daar tijdens die workshop in gedachten over te mopperen, maar tegelijkertijd voelde ik me daar ouderwets en traag bij. Ik liep achter.
Toen ik na de workshop thuiskwam, las ik in de krant de bekendmaking door Merriam-Webster van het woord van het jaar: they.
Lees hier meer columns van Thomas.