Oost, West, stad, best?
Marjolein schrijft wekelijks over de pieken en dalen van het leven van een millennial. Deze week schrijft ze over de moeilijke keuze wanneer je een huis wil kopen: waar ga je wonen? Blijf je in de stad of ga je de dure drukte uit? Of kunnen we de keuze gewoon nog even uitstellen?
Kijk, die stad waarin je woont, is heerlijk. Hop, op de fiets naar de supermarkt. Of even te voet een to go halen. Afspreken met een vriendin? Weer op die fiets en je bent binnen no time op de plaats van bestemming. Bovendien is er altijd wat te doen. Clubs, musea, parken, restaurants: je vindt ze allemaal op een steenworp afstand. En er wonen ook nog allemaal creatieve, ambitieuze, openminded mensen om je heen. Hoera. Jij bent blij.
Geen probleem dus. Maar als je op het punt staat om een huis te kopen misschien wel. Want…
Punt 1: de stad is godsgruwelijk duur.
Hoi Funda, zijn we weer. Scroll, scroll. Man, wat is er toch veel vastgoedmoois te koop. Maar niet voor niets. Nee, KA-TSJING, daar ga je. Kost knaken, dat huizen shoppen. Vooral wanneer je een berg aan wensen hebt. Ja, tuin! JA, kookeiland! JAA, visgraatvloer! Daar moet je sodeknetters veel euro’s voor neertellen. Op je vijftiende had je misschien bedacht dat je inmiddels loaded zou zijn, maar de waarheid is helaas net even anders.
Punt 2: wat brengt de toekomst?
Tja, vroeg of laat komen er waarschijnlijk toch kinderen en wil je die opvoeden in de stad? Dat is nog maar de vraag. Je ziet regelmatig stadse pubers chillen met een joint of dertig en je hebt serieus het idee dat die opvoeding in het oosten/zuiden (of waar je ook vandaan komt), stukken strakker is. Veiliger ook. En liever, kleinschaliger, romantischer. Of het waar is? Waarschijnlijk niet. Maar jij bent ermee opgegroeid en dus is het jouw waarheid. Dus je kids opvoeden in de stad? Nope, pass.
Punt 3: soms ben je er helemaal klaar mee.
Waarmee? Met de stad. Met de drukte, met het gevoel dat er altijd iets moet, met die tachtig restaurants die elke week openen. Al die chaos, al die verwachtingen en die ruis worden je soms teveel. En dus wil je weleens gewoon lekker in een megagrote tuin zitten en thuiskomen op een plek waar het hartstikke stil is. O, wat suf. Klopt. Maar ook: O. Wat. Fijn!
Punt 4: die ouders van je.
Die worden er ook niet jonger op en ze hebben je hulp steeds harder nodig. Ook al vinden ze van niet. Je beseft steeds vaker dat paps en mams in principe geen eeuwigheid meer meegaan en dus wil je zoveel mogelijk energieke dagen met ze doorbrengen. Nu, nu het zeker weten nog kan. En dan is het makkelijker als je er binnen een half uurtje naartoe kachelt.
Maar moet je dan die fijne, mooie stad van je gewoon maar inruilen voor een huis in de provincie? Moet je de afscheidsbrief vast klaarleggen en een traantje wegpinken?
Kan. Maar misschien, misschien moet je juist nog even lekker blijven waar je bent. Je ouders stappen voorlopig nog voor je in de auto. Zolang je kids nog niet naar school gaan, kun je vertoeven in de stad. En voor wat rust check je gewoon in bij een city spa. En dat droomhuis? Zorg gewoon dat er nog wat te dromen overblijft! Bouw een luchtkasteel in je hoofd. Ooit wordt-ie van jou. Ooit, als je er helemaal, hartstikke klaar voor bent.