Blog 5: Klein Odessa
Eva Munnik heeft deze zomer haar huis verhuurd om zich met haar gezin zes weken lang New Yorker te voelen vanuit een brownstone appartement in Brooklyn. Het plan: terwijl zij in de lokale Starbucks werkt aan haar vierde boek, ontdekt haar dochter haar artistic talents op zomerkamp en gaat haar vriend hardlopen in Central Park. Nu nog even kijken hoe het in de praktijk uitpakt.
Een dakloze man praat tegen zichzelf. Ik vermoed in het Oekraïens. Zijn schouderbladen steken door z’n versleten T-shirt, zie ik vanaf de overkant van de houten boulevard waar mijn vriend en ik een drankje doen. Een Russische radiozender schalt uit de boxen in strandrestaurant Tatiana Beach. ‘We now serving draft beer,’ is in gebroken Engels op het bord gekrijt. Hiernaast zit Tatiana Grill en daarnaast Tatiana Seafood. Populaire meid, die Tatiana.
We zijn op Brighton Beach. Het ligt naast Coney Island en staat ook wel bekend als ‘Klein Odessa’, vanwege de vele Oekraïners die hier wonen. Moscow Hotdogs, lees ik op een tentje in een zijstraat van de boulevard. Hoe de rest van de winkels in de straat heten, kan ik niet ontcijferen want alles is in het cyrillische alfabet. Zoals in Chinatown alles in het Chinees is en in Little Italy alles in het Italiaans. In New York doen ze niet moeilijk over migranten die aan hun eigen taal vasthouden, bedenk ik me. We zwaaien naar Reza, die op haar kop aan het duikelrek hangt in het speeltuintje op het strand.
Twintig minuten met de metro vanuit ons huis in Brooklyn en we zijn in een andere wereld. Geen getoeter van taxi’s. In plaats daarvan de driftige fluitjes van strandwachters in rode zwembroeken. Streng gebaren ze waterscooteraars die te dicht bij de kust komen om door te varen en wenken ze kinderen die te ver zwemmen om naar het ondiepe te komen.
Even een dagje zand tussen onze tenen, na een drukke week in Manhattan. Onze zesjarige dochter Reza was op zomerkamp bij de Nederlandse school in New York. Elke ochtend leverden we haar om negen uur af in de Upper West Side en haalden haar om vier uur ‘s middags mega-enthousiast weer op. ‘We waren wéér naar een andere waterspeeltuin, mama. En ik vroeg een meisje “how old are you?” en ze antwoordde “four”. Morgen gaan we samen bellen blazen.’
Ze vindt het, tot onze grote opluchting, heerlijk om weer andere kinderen om zich heen te hebben. Terwijl Reza op zomerkamp was, heb ik een paar dagen een werkpauze gehouden, om samen met mijn vriend alles te doen wat je een zesjarige niet aan moet doen op sightseeing gebied. Van Top of the Rock tot Times Square en van het 9/11 Memorial tot een cruise naar het Vrijheidsbeeld (oké, dat laatste had Reza wel leuk gevonden, maar daar hadden we gewoon even zin in met z’n tweetjes. Wij, en vierhonderd Chinezen).
Het was geweldig, maar de stad doorkruisen bij 34 graden is ook heel zwaar. Om het vol te houden streken we neer in hippe rooftopbars, voor uitgebreide lunchsessies. Die rooftopbars zitten altijd bovenop hotels. Je stapt een onopvallende lobby binnen, gaat naar de bovenste verdieping met de lift en stapt uit in een oase. Fijne muziek, hoge bamboeplanten, loungebanken en grote houten ventilatoren boven de bar. Alles is weliswaar bizar duur hier, maar we zijn daar inmiddels helemaal aan gewend. ‘Dertien dollar voor een glas rosé!’ zeg ik nu blij verrast als ik de wijnkaart bekijk. Het voordeel is dat ik mezelf trakteer op mojito’s en frozen margaritas, omdat die toch net zo duur zijn als een glas wijn. Bovendien staat tegenover die hoge prijzen wel dat de kwaliteit van het eten erg goed is én dat je meeneemt wat je niet op kunt. Een ober reageert geschokt als ik vertel dat doggybags in Nederland niet gebruikelijk zijn. ‘So you eat it or you leave it?’ vraagt hij ongelovig.
De in zichzelf pratende dakloze doorzoekt een vuilnisbak. Reza komt een slok limonade nemen en rent weer terug naar de speeltuin. We kunnen onze drankjes, ook al zitten ze in plastic bekers, niet meenemen naar het strand. Alcohol nuttigen is ten strengste verboden daar. Ook in parken, speeltuinen en eigenlijk alle openbare ruimte mag je niet drinken. De NYPD rijdt langs in golfkarretjes, een vrouw racet ze voorbij op haar skateboard. De dakloze Oekraïner is mompelend doorgelopen.
‘Nog een drankje?’ vraagt mijn vriend. Ik tuur naar het speeltuintje. Reza bouwt een zandkasteel onder de glijbaan. Sure, why not? De mojito’s zijn maar twaalf dollar.
Eva Munnik woont met haar vriend en hun dochter Reza (6) in Amersfoort. Ze schrijft boeken. In 2016 kwam haar bestseller De melkfabriek uit, die zij samen met vriendin en tv-presentator Sofie van den Enk schreef. Dit jaar verscheen De wereld rond in 10 jaar. Ook werkt ze als freelance journalist voor bladen.
Lees hier blog 1
Lees hier blog 2
Lees hier blog 3
Lees hier blog 4