PARADIGM.C
Charlotte is naast schrijfster van haar eigen blog PARADIGM.C , een goed gemutst blij ei – een dubbelop omschrijving waar ze zich ten volste van bewust is- en in principe gewoon your average twenty-something chick met hier en daar een twintigersdilemma’tje of 6. Soms meer, soms minder. Vaak herkenbaar, soms ook niet. Hilarisch en beschamend, maar zo nu en dan pittig diep en filosofisch.
PARADIGM.C.
Ze schrijft dingen. Dingen die je raken. Dingen die je laten lachen. Dingen die je misschien zelfs wel een beetje aan het denken zetten. Dit gaat van sappige verhalen met een knipoog en diepe levensvragen tot pure bullshit stories. Gewoon, omdat het kan. En omdat het haar lezers misschien een beetje inspireert. Al is het maar een klein beetje. De naam van haar blog PARADIGM.C is niet zomaar ontstaan. De blogs die ze schrijft zijn namelijk allemaal vanuit haar eigen oogpunt geschreven. Ze overigens overal over gaan, die dikke (van Dale, red.) omschrijft het woord ‘paradigma’ niet. De wetenschap, echter, beschrijft het als volgt:
“Een paradigma is in de wetenschap en in de filosofie een samenhangend stelsel van modellen en theorieën die een denkkader vormen waarbinnen de ‘werkelijkheid’ geanalyseerd en beschreven wordt.”
Nu is Charlotte geen wetenschapper of filosoof. Maar toch doet zij op haar eigen stukje op het wereldwijde web een poging, zaken te benaderen vanuit haar eigen samenhangende èn meestal onsamenhangende stelsels van modellen en theorieën. ‘En het zou super zijn als jullie daar een onderdeel van zijn. It’s about how I C the world. And the people in it.’
Inspireren kun je leren
Als klein meisje kocht Charlotte ze al van haar zakgeld. Notitieboekjes. Verslaafd was ze eraan. Ze schreef hele verhalen. En nog steeds. ‘Het is doodeng, schrijven. Ik geef je gratis en voor niets een rondleiding door mijn hoofd. Heel kwetsbaar, eigenlijk.’ Toch hoopt ze iedere keer weer de lezer enigszins te inspireren. ‘Misschien zelfs wel te inspireren om te doen waar jouw hartje ligt, ondanks dat het fucking eng is’. Want van stilzitten is nooit iemand beter geworden. De wereld ook niet!
Lees hieronder alvast een deel van haar blog:
‘Lieverd, wat wil je voor je verjaardag?’
Ik lees de zin zo’n 3 keer op mijn WhatsApp scherm en heb geen idee. Werkelijk geen idee. Nu weet ik eigenlijk nooit wat ik voor mijn verjaardag wil, dus meestal vraag ik geld. ‘Maar dat is zo’n ongezellig cadeau,’ krijg je vervolgens op je bord. Hebben ze zeker een punt; zelf geef ik het liever namelijk ook niet. Dan is het echt letterlijk ‘wat je geeft, krijg je terug’. Werkt voor geen meter.
Afgelopen september – wanneer ik dus jarig ben, red. – besloot ik om eens geen geld te vragen. Wat wel, was dan het volgende luxeprobleem. Vorige verjaardag had ik bedacht om het hele jaar door een verlanglijstje bij te houden. Nu was daar weer eens helemaal niets van gekomen, dus werd het een stukje improvisatie.
‘Ja jeetje, wat wil ik graag voor mijn verjaardag? Weet ik het. Een leuke vent om mee te trouwen, dat. Oh, en kaas. Heel veel kaas,’ antwoordde ik.
En zo geschiedde. Op mijn verjaardag kreeg ik een doos vol met kaas. En het was echt het beste cadeau wat ik ooit gehad heb.
Iedereen in mijn directe omgeving is ondertussen op de hoogte van mijn kaas fetisj. Je kunt me ervoor wakker maken, je kunt me wezenloos taggen in filmpjes en foto’s van kaas, je kunt het me cadeau doen op mijn verjaardag – origineler dan een boekenbon, kan ik je vertellen – en er zit standaard meer kaas door mijn pasta dan dat er pasta in zit. Lekker koolhydraatarm, ofzo. Het enige waar ik ècht voor terugdeins is geitenkaas, want dat smaakt naar hoe een geit ruikt. Niemand schijnt dat te snappen, maar ik voel dat gewoon zo. Mocht je deze mening delen, dan word ik bij deze maar wàt graag vrienden met je. Want dan zijn we overduidelijk voor elkaar gemaakt.
Hoe dan ook, het einde van 2017 naderde en ik ging bij mezelf na of er dingen zijn die ik in 2018 anders wilde gaan doen. Goede voornemens, weet je wel. De een stopt met roken, de ander snoept niet meer. Vroeger stond nagelbijten bovenaan mijn lijst, maar ook dat heb ik ondertussen lang en breed afgeleerd. Ik ging bij mezelf na of ik ècht slechte gewoontes heb. Naast een hele zak drop fruit duo’s leeg vreten zodra ik er ‘maar eentje’ pak, kon ik me niet echt een shockerende gewoonte bedenken.
Op een doodgewone zaterdag kwam ik echter tot de ontdekking dat ik een praatgroep moet gaan oprichten. Kaas schijnt namelijk even verslavend te zijn als morfine. Dat is pas een news flash van heb ik jou daar. Nu ben ik verder eigenlijk best een heilig schaap wat verdovende middelen aangaat. Zo heb ik nog nooit van mijn leven drugs gebruikt – mijn moeder leest dit inderdaad ook, maar ik ben hier in dit geval uiterst eerlijk over – en het heftigste wat ik ooit gedaan heb, is een trekje nemen van een sigaret – nu weet ik even niet of mijn moeder dát weet. Over dare devils gesproken.
Aangezien ik van binnen zo’n dertigduizend doden stierf van dit hartverscheurende nieuwsbericht, wilde ik toch wel het naadje van de kaas weten. Zo zit er in kaas een melkeiwit wat ze in de volksmond ook wel caseïne noemen. Dat klinkt wat mij betreft als de perfecte naam voor een voordelige internetaansluiting, maar is dus precies datgene wat ervoor zorgt dat kaas tegenwoordig onder de noemer ‘zuivelcrack’ valt. Waar het op neer komt, is dat ons lichaam de caseïne niet volledig schijnt af te breken waardoor je een verslavend effect oproept in je hersenpan. Dat verklaart ook meteen waarom ik gerust 6 kaasplanken in mijn eentje wegwerk op een simpele vrijdagavond.
Januari 2018 is ondertussen al lang en breed begonnen en ik kan je vertellen dat ik nog vrijwel dagelijks kaas nuttig. Onlangs ontdekte ik namelijk een fantastisch goede reden om team kaas te blijven. Calcium, een mineraal wat in deze ‘zuivelcrack’ zit, schijnt namelijk de perfecte ondersteuner te zijn om je natuurlijke dag- en nachtritme in balans te houden.
Mijn persoonlijke worst kaas scenario? Instant lactose-intolerantie. Daar heb ik dan echt geen kaas van gegeten.