Aha! Daarom wordt je haar (steeds) dunner
Help! Mijn haar wordt dunner! Steeds meer vrouwen beginnen er last van te krijgen. In het ochtendgloren liggen er meer dan een paar plukken haar op je kussen (of in je doucheput), bij de kapper blijft er weinig haar over om in model te laten föhnen, laat staan touperen, en – het allerergst – als je in je paardenstaartje ‘knijpt’ voel je dunne, gespleten haarpunten…
Schrale troost, je kunt er (deels) niets aan doen
Dat wij vrouwen meer last hebben van haaruitval, met als gevolg dunner wordend haar, ligt onder meer aan genen, milieufactoren én hoe lief (of niet lief) we voor onze lokken zijn. De experts van Éprouvage, een haarverzorgingsmerk, delen de drie meest voorkomende oorzaken van dunner wordend haar. Plus: de oplossingen.
#1 Je maakt altijd de scheiding op dezelfde plek
Jij bent net als Jennifer Aniston getrouwd met je middenscheiding. Sure, als iets werkt (in dit geval je haar eerlijk in twee delen verdelen), is het moeilijk om te switchen. Maar zoals in elk goed huwelijk is verandering goed. Door je haar af en toe op een andere manier te laten vallen, geef je je kruin ruimte om te blijven ademen. Als je je haar altijd in dezelfde scheiding draagt, wordt het op die plek steeds zwaarder. En daardoor kan het sneller afbreken. Dit verklaart dan ook al die kleine babyhaartjes die rond je scheiding vaak omhoog springen. Behalve dat een andere scheiding beter is voor je haar, geef je je hairdo ook meteen een opfrisbeurt. Je ziet er gelijk anders uit. Win-win-win.
#2 Je draagt vaak een strakke, hoge staart
Ook tijdens het sporten! Niet. Meer. Doen. Niemand zit te wachten op haarhappen tijdens een potje boksen, dat snappen we. Dus lijkt een strakke, hoge staart naar achteren dé oplossing. Think again.
Éprouvage global stylist Anna Lyles legt uit: ‘Als je je haar in een strakke staart hebt, en dan ook nog eens veel beweegt, komen de haren onder grote spanning te staan. De haarzakjes kunnen daardoor loslaten. Onnodig, maar vooral zonde. Maak je haar tijdens het sporten daarom vast met een los elastiekje of doe bijvoorbeeld een haarbandje in.’
Het is ook slecht om nat haar in een strakke staart te dragen. Laat je haar ademen!
#3 Je houdt de föhn te dichtbij als je je haar droogt
Je hebt je − voor de verandering – verslapen, maar je haar is zó vet dat je er friet in kunt bakken. Gisteren heb je ook al een petje opgehad, oftewel: je moet je haar wassen, maar je hebt weinig tijd. Föhn to the rescue, of toch niet? Het kan, maar let bij het gebruiken van een haardroger op dat je hem op twee tot vijf centimeter afstand van je haar en je haarborstel houdt. Als je té dichtbij föhnt, zorgt dat volgens de experts voor zwakker haar, waarna het uitvalt. ‘Begin bij het drogen van je haar met je vingers en föhn van je hoofdhuid naar de punten toe, tot het voor tachtig procent droog is. Daarna kun je je borstel gebruiken, zodat je meer schade aan het haar helpt te voorkomen.’
Aha, dus mocht je haast hebben dan is het wellicht beter om na het afdrogen van je haar de natuur zijn werk te laten doen en erop te vertrouwen dat de wind je haardos in model brengt.
PS Kersverse mama’s met een baby van zes weken of ouder (bij wie de zwangerschaps-glow aan het afnemen is) tellen niet mee. In jullie geval moet het haar zijn ‘mojo’ nog terugkrijgen.
Bron: Beau Monde