Altijd op zoek: issues van een dertiger
Er valt zo veel te kiezen dat we er verdrietig van worden. En dan zijn we ook nog op zoek naar onszelf. Het leven is niet makkelijk als je dertiger bent.
Ik ben zelf van 1981, een soort rollatormillennial dus, en betrap mezelf bijna dagelijks op het uitlachen van twintigers. Op Instagram, voornamelijk. Daar zijn de woekerende ego’s na jarenlang selfieschieten inmiddels vergroeid tot een dicht woud vol schaamteloos narcisme. Vloggers en influencers natuurlijk voorop, maar het lijkt of geen enkele jonge carrièretijger nog ontkomt aan keiharde personal branding en een stevige social media presence. Sneue termen die ik altijd maar vertaal als: het confettikanon op jezelf richten, net zolang totdat iedereen gelooft dat je echt zo geweldig en succesvol bent. Inclusief jijzelf. En in dat laatste schuilt precies de tragiek van de twintigers en dertigers. We leven nu meer dan ooit in een cultuur waarin we leren dat we allemaal bijzonder, getalenteerd en uniek zijn. Dat we kunnen zijn wat we willen, en kunnen worden wat we willen. Zo voedden, mind you, onze bábyboomouders ons op. En social media gaven ons vervolgens ook nog een podium om onze massale uniekheid uit te dragen. Met antieke deugden als bescheidenheid en nederigheid lijken we het ineens niet meer te redden: we moeten en willen gezien worden. Het mooie leven leiden waarop we vanuit onze opvoeding recht denken te hebben. En om dat te bereiken, moeten we praktisch gezien maar één ding doen: elke keer de juiste keuze maken. De juiste studie kiezen. De juiste stage. De juiste baan. En wil ik ook nog zelfontplooiend door India trekken of toch vrijwilligerswerk doen in Malawi? Deze man of nog even verder Tinderen? Kinderen of eerst die camper?
Lees ook: Dertigers opgelet: je bent eigenlijk nog piepjong
Onderwijl dreunen de bekende dertigersmantra’s – YOLO! FOMO! – door ons hoofd. Ons leven kan altijd beter, sneller, leuker, zinvoller. Stilstand is achteruitgang, we moeten dóór en als die nitwit op Insta het kan, dan ik toch ook? Dat deze ratrace met jezelf en anderen niet zonder gevolgen is, mag geen wonder heten. Er zijn geen beperkingen in wat je mag zeggen, denken, geloven en waar je heen gaat. ‘Ik heb zo veel keuzes dat ik niet weet wat ik moet kiezen,’ hoorde ik een jonge, succesvolle fotografe laatst nog zeggen in de NPO-documentaire Alles wat we wilden. Ze moet er zelfs van huilen en verlangt stiekem terug naar haar kindertijd, toen ze droomde dat ze een elfje was. En ook de andere twintigers die in de film aan bod komen, zijn allemaal even knap, hip en getalenteerd, maar kampen allemaal even hard met angsten, paniekaanvallen en depressies. Niet voor niets omschreef de beroemde Amerikaanse hoogleraar en onderzoeker Jean Twenge deze leeftijdsgroep als ‘assertief, competitief en naar buiten toe zelfverzekerd, maar ook depressiever, eenzamer en cynischer dan ooit.’
Lees het hele verhaal in het julinummer van &C ‘Lang leve de man’, dat nu in de winkels ligt.