Chocolademousse
Ze is bijna aan de beurt. Duidelijk geïrriteerd klemt ze haar zwarte kalfsleren schoudertas tussen haar benen, omdat ze in haar ene hand haar telefoon moet vasthouden en met haar andere hand de boodschappen op de band zet. Rode wijn, olijven, rucola, pijnboompitten, gegrilde paprika’s en chocolademousse. Overduidelijk een Thuisbezorgd-klant. Eerst drinkt zij straks een slok rode wijn, terwijl ze een diepe zucht slaakt. Ze eet vier, vijf, pitloze olijven achter elkaar. Gooit de voorgewassen sla op een bordje, trekt het bakje met de pijnboompitten open, die ze wel nog even roostert in een grote koekenpan en drapeert de gegrilde paprika’s over het geheel. Beetje olijfolie, peper en zout, klaar. Dan gaat de bel en staat er een jongen met een racefiets en een grote vierkante rugzak voor de deur. Hij houdt het geurende papieren tasje met een vriendelijke lach in een uitgestoken hand. Onder het halogeenlicht van haar eenpersoons keukentafel, eet zij vervolgens haar thuisbezorgde melanzane en drinkt, per ongeluk, 4 glazen wijn. Maar dat verdient ze, omdat ze lange dagen maakt en daarom mag zij ook geïrriteerd bij de kassa staan en de caissière volledig negeren bij het afrekenen. De caissière lijkt het niet te deren, zij laat de boodschappen met een vriendelijke lach, in een vloeiende beweging langs haar scanner gaan. Wanneer zij het zakje rucola pakt, verschijnt daar ineens als verrassing, een doosje tampons. Super tampons. Hè, nog ongesteld ook. Ineens lijkt de carrièrevrouw een stuk menselijker. Als bloed-zuster mag zij zich even gedragen als een kleuter in een mantelpak bij de kassa. Hopelijk biedt de chocolademousse straks een beetje troost.