Debra (27): ‘Twee jaar geleden ging ik met mijn beste vriendin Danielle naar Thailand. Ons eerste backpackavontuur. Tegen het einde van de reis brachten we een nacht door in een drijvende hut in nationaal park Khao Sok.

Lees ook: Vakantieleed: Renske wordt met haar huilbaby van de camping gestuurd

We zagen er een klein beetje tegenop, want het was wel héél erg back to basic. Het hutje was twee bij twee, met niets meer dan twee matrasjes op de grond en een klamboe. Het advies luidde: stop de klamboe vooral in onder je matras, want je weet nooit wat er anders je bed in kruipt. Moet je vooral mij hebben: ik ben als de dood voor insecten.

Al met al overleefden we de nacht zonder ongenode gasten en vertrokken we de volgende ochtend op een jungletrekking. Bij terugkomst checkte Danielle nog één keer onze hut, want we misten onze zaklamp. Terwijl ik voor de hut op haar wachtte, hoorde ik haar gillen. ‘SLANG!’

Schijterd als ik ben, ging ik niet naar binnen, maar onze nieuwsgierige buurman wél. Precies achter het hoofdeinde van míjn matras lag een uit de kluiten gewassen slang te kronkelen, die mijn vriendin zojuist had opgeraapt in de veronderstelling dat het onze zaklamp was. Horror!

Lees ook: Trouble in paradise: Diana's hotel op Zanzibar brandde op dag één af

Door alle commotie glipte de slang snel weg, dus hebben we niet eens een foto aan het avontuur overgehouden. Achteraf ben ik blij dat we de slang pas na onze overnachting ontdekten. Anders had ik geen óóg dichtgedaan.’

Het verhaal van Jody verscheen afgelopen maand in het Fijne, foute zomernummer van &C.