Nog steeds is Pride, vijftig jaar na de Stonewall-rellen, ook in Nederland nodig en belangrijk. Want er vallen heel veel mensen onder de regenboog, en nog steeds is het niet vanzelfsprekend dat zij gewoon kunnen zijn wie ze zijn.

Wij vragen deze week elke dag iemand naar de tien - soms erg ongepaste - vragen die zoal gesteld worden. En naar de antwoorden die ze daarop geven. Vandaag: Amber.

Bio
Naam: Amber (26)
Pronouns: die/hen/zij/haar
Beroep: voorlichter bij COC
Woonplaats: Hoorn
Hokje: ‘Genderqueer, aseksueel en panromantisch.’
Coming-out: ‘Toen ik erachter kwam heb ik mensen wel bewust verteld dat ik aseksueel ben. Een half jaar later wist ik dat ik pan romantisch ben, maar dat heb ik eigenlijk niet echt toegelicht of expliciet verteld aan mensen. Een jaar geleden heb ik wel uitgebreid op Instagram en Facebook gedeeld dat ik genderqueer ben. Door het op socials te delen, hoefde ik het niet apart aan allemaal mensen te vertellen. Dat scheelt veel uitleg en het is fijn als mensen mij dan niet verkeerd aanspreken en zelf aannames doen.’

Welke (ongepaste) vragen krijg jij zoal te horen, en hoe beantwoord je die?

1. ‘Masturbeer je?’
‘Deze vraag komt vooral van vreemden en ik geef hier altijd een algemeen antwoord op. Sommige aseksuelen masturberen wel en andere niet. Het is dus denk ik niet heel anders dan bij andere mensen. Hoe dat voor mij persoonlijk is, hoef ik niet te delen, en dat wil ik ook niet. Meestal beseffen mensen bij een algemeen antwoord ook dat het een intieme vraag is. Dus vaak zijn ze wel oké met zo’n algemeen antwoord.’

2. ‘Heb je weleens seks gehad/ben je nog maagd?’
‘Soms beantwoord ik deze vraag wel persoonlijk, maar ik zit er dan wel mee. Het concept van maagd zijn vind ik ouderwets, het is namelijk voor iedereen iets anders. Ben je maagd totdat er een piemel in je is geweest? En wat betekent dat dan voor mensen die nooit intiem met een man zullen zijn? Daarbij hebben sommige aseksuele mensen wel seks, dus het is voor iedereen anders.’

3. ‘Is het niet moeilijk of saai om aseksueel te zijn?’
‘Het lijkt mij vooral moeilijk om niet aseksueel te zijn. Ik hoor van vriendinnen soms zoveel drama, dat heb ik gewoon niet. Dus nee, het is niet saai. Veel mensen vragen ook of het eenzaam is. Maar binnen een relatie kan je toch ook eenzaam worden?’

4. ‘Heb je een jeugdtrauma?’
‘Misschien snap ik wel dat mensen dat denken, maar dat is bij mij sowieso niet het geval. Er is een verschil tussen libido en een seksuele oriëntatie. En sommige mensen zijn aseksueel en hebben wel een libido. Die masturberen bijvoorbeeld, maar hoeven geen seks met een ander. Door een trauma kan libido misschien wegvallen, maar daardoor verandert niet per se je seksuele oriëntatie.’

5. ‘Waarom heb je hier nou weer een label voor nodig?’
‘Voor ik het woord aseksueel kende, wist ik ook nog niet helemaal wie ik was. Ik kan mezelf nu beter oriënteren. Dus dat maakt een label voor mij best wel fijn.’

6. ‘Ben je niet gewoon bang voor seks?’
‘Sommige mensen denken dat ik gewoon smetvrees heb. Ik vind tongzoenen namelijk ook niks, dus denken sommige mensen dat ik bang ben voor bacteriën. Dat ik geen seks wil, komt niet voort uit een soort fobie voor seks. En het heeft ook niks met preutsheid te maken. Ik praat best wel veel over seks en alles wat ermee te maken heeft. Naakte lichamen zonder seksuele context vind ik namelijk helemaal oké.’

7. ‘Hoe weet je dat je aseksueel bent als je ‘het’ nog nooit gedaan hebt?’
‘Hoe weet je dat hetero bent als je nog nooit gay seks hebt gehad?’

8. ‘Hoe zal je ooit een relatie krijgen?’
‘Er zijn genoeg aseksuelen die een relatie hebben. Vaak ook met iemand die het niet is. Er zijn ook datingsites voor aseksuelen. Ik zit zelf ook op zo’n datingsite, maar ik ben niet goed in contact onderhouden via zo'n site, dus voor mij komt daar niet zoveel uit.’

9. ‘Zijn daar geen medicijnen voor?’
‘Men denkt soms dat het met therapie of een pilletje misschien wel verholpen zou kunnen worden. Maar het is een seksuele oriëntatie, dus het lijkt me niet dat je dat kan veranderen met medicatie!’

10. ‘Maar wil je dan geen kinderen?’
‘Volgens mij krijgt bijna elke LHBT’er deze vraag. Ik wil zelf absoluut geen kinderen, maar dat ligt niet aan mijn aseksualiteit. Als je aseksueel bent en een partner hebt, kan het wellicht daarmee. En als je dat niet hebt, dan kan het op nog zoveel andere manieren, waaronder adopteren.’