In het hart van Amsterdam-West woont Geraldine Kemper (29) samen met haar vriend Paul. Binnenkort gaan ze de arbeiderswoning verlaten: ze hebben een huis gekocht vlak bij de Amsterdamse Nieuwmarkt.

Eigen bunker
‘Dit huis heb ik acht jaar geleden gekocht. Ik moest door de oude rommel heen kijken, maar dacht wel gelijk: hier kan ik wat van maken. De keuken zag er niet uit en de muren waren geel. Toch zag ik mezelf er wel wonen. Ik heb de boel geverfd, een nieuwe keuken laten plaatsen en de vloer een schuurbeurt gegeven en flink in de olie gezet. Na een lange reis vind ik het heerlijk om weer thuis te komen in mijn eigen bunker met een eigen douche en goed bed. Vooral dat laatste vind ik echt belangrijk. Drie jaar geleden heb ik een nieuw matras gekocht, daarvoor was het vechten wie er in de kuil moest slapen.’ 

Lees ook: De nieuwste &C-editie: Overschat, die grote stad? 

Bij elkaar geraapt zooitje
‘Mijn huis is een beetje een rommeltje en heeft niet echt een duidelijke stijl. Wel zie je veel natuurtinten terug en ik heb aardig wat tweedehandsmeubels. En ik neem veel dingen mee uit het buitenland. Als je door mijn huis loopt, maak je een reis door de landen waar ik ben geweest. Wat ik wel altijd heb met spullen: ik loop ergens tegenaan en koop het dan meteen. Ik kan goed sparen, maar als ik iets moois zie, wil ik het gewoon hebben. Dan mag het ook best wat kosten.’ 

Verliefd op kunst
‘Als ik verliefd word op een kunstwerk geef ik er graag geld aan uit. Mijn eerste schilderij kocht ik op mijn 22e tijdens een expositie. Het is een kunstwerk van Silas, een Zeeuwse kunstenaar die in Rotterdam woont. Toen ik het schilderij op Instagram zag, werd ik er gelijk door geraakt. Vijf minuten nadat ik het schilderij tijdens een expositie had gekocht, kwam er een vrouw naar het schilderij lopen. Ze wilde het ook hebben, maar ik was eerder. Dat was een beetje ongemakkelijk.'

Wil je het hele interview met Geraldine lezen? Haal dan het nieuwste &C-magazine: Overschat, die grote stad? Ons mei-issue ligt nu in de winkels.