Ernst Daniël Smid vertelt over de zwartste bladzijde uit zijn leven
Hij zong de sterren van de hemel en blies de hele wereld omver, maar waar is operazanger Ernst Daniël Smid nou écht goed in? Nergens in, zegt-ie. Nu in &C vertelt hij over hoe zijn carrière hem zijn huwelijk kostte, faalangst, opnieuw verliefd worden en die grote liefde verliezen.
Ernst Daniël: 'Begin je lekker, dan heb je een geluksmoment te pakken. Loopt het niet, dan weet je: fuck, ik moet de hele avond nog. Met faalangst ben je je eigen vijand, vreselijk. Je vertrouwt niemand meer, hoe hard ze ook roepen dat je prachtig zingt. Je denkt alleen maar: het is kut wat ik doe. Ik groeide op in de Achterhoek. Op mijn achttiende zong ik samen met mijn broer het operaduet De parelvissers. Het begin van alles. Ik sloot me aan bij een operettegezelschap en ontmoette zangeres Anneke van der Graaf. Een sleutelpersoon in mijn leven: ze vond mijn stem bijzonder en bood aan me gratis les te geven. Binnen een jaar zei ze: 'Hier schiet het niet op, je moet naar het westen.' Ik trok de stoute schoenen aan en belde een operastudio. Helaas: geen conservatorium? Geen interesse. 'Wat zoek je nou?' vroeg ik brutaal. 'Talent of papieren?' Ik mocht langskomen. Hans de Roo van De Nederlandse Opera zei dat ik enorme potentie had, maar dat hij niets met me kon zonder conservatoriumbasis. Hij regelde een plekje, ik betaalde alles terug door vier dagen per week in een huis voor lichamelijk gehandicapten te werken. Ik wilde het per se zelf doen.'
Lees ook: George Baker: 'Na Una Paloma Blanca ging het helemaal loos'
Knappe knul
'Ik had het conservatorium nog niet afgerond toen ik een aanvraag kreeg van een Duits theater. Wat doe ik, mijn studie afmaken of de praktijk induiken? Ik ging voor de praktijk en vertrok naar Duitsland. De mooiste tijd van mijn carrière. Het was helemaal Woodstock: het vrije leven, met idealistische jonge mensen én doorgewinterde rotten, samen praten over politiek, het leven, de oorlog. Alles ontdekken, opslurpen, elke beker leegdrinken, zuipen, vreten, feesten, geweldig. En tussendoor mooie opera’s zingen. Die tijd verrijkte mijn leven, maar kostte me tegelijkertijd mijn huwelijk. Een groot offer. Regina en ik waren dertien jaar samen, ze maakte mijn carrière mede mogelijk en stond altijd achter me, maar we groeiden uit elkaar. Mijn fout. Ik was met een enorme ontwikkeling bezig als zanger en veranderde totaal, in de ban van kunst, mezelf, collega's. Ik was 25, dertig kilo lichter dan nu, pikzwart haar, donkere baard, een leuke jongen om te zien, en dat heb ik gemerkt. Achteraf liet ik me te makkelijk meevoeren, ik nam alle schouderklopjes gretig in ontvangst en relativeerde te weinig, dat kostte me mijn huwelijk. Mijn kinderen waren twee en vier toen ik wegging, afschuwelijk. Ik heb er tot op de dag van vandaag spijt van.'
Verlammende angst
'Mijn stem pikte je overal direct tussenuit. Hij had een bijzondere kleur, een apart timbre. Als bariton was ik een grote belofte, sommige agenten dichtten me een wereldcarrière toe. Maar mijn angst voor premières nam het over. Was ik wel goed genoeg? Of miste ik de basis omdat ik mijn opleiding niet had afgemaakt? Want als je puur op je instinct vaart, gaat het ook weleens mis. Mijn hele fysiek verzette zich tegen die allesoverheersende angst. Zo werd ik twee dagen voor de repetities van de Matthäus-Passion, waarin ik mooi zalvend moest zingen, verkouden – oprecht verkouden. De angst werkte verlammend. Ik heb prachtig gespeeld en gezongen, maar als je premières niet goed gaan door de zenuwen krijg je toch het stempel 'onbetrouwbaar'. Heel langzaam dikte het in. Rond mijn 33ste dacht ik: het is afgelopen. En toen kwam Joop van den Ende. Het was 1990 en hij vroeg me voor Les Misérables. Nee, dacht ik, een musical, dat is spugen op mijn vak. Aan de andere kant: voor een operazanger in Nederland zijn de mogelijkheden heel beperkt. Het moest gewoon zo zijn.'
Lees ook: Ursul de Geer: 'Met 't Is hier fantasties groef ik mijn eigen graf'
''Les Mis' was een sensatie. Ik werd op slag bekend bij het grote publiek en mocht naar alle mogelijke gala’s en feesten. Mijn tweede vrouw Roos genoot er net zo van, samen hebben we heel wat rode lopers en party’s afgestruind. Een geweldige tijd. Ik had een goede coach die me muzikaal en mentaal steunde. Die coach, en het succes van Les Mis, bleken dé remedie voor mijn faalangst: één iemand vindt je goed, dat worden er twee, daarna een hele colonne, en op een gegeven moment geloof je het wel: ik kan dit gewoon. Koekie-eitje. Afgelopen jaar nog stond ik samen met Henk Poort en Marco Bakker in Carré. Toen ik mijn lied uit Les Misérables zong, ontplofte de zaal. Fantastisch. Je hebt bevestiging nodig in alles wat je doet. In je werk, maar ook thuis. Die bevestiging kreeg ik van Roos. Zeven jaar geleden overleed ze, voor altijd de zwartste bladzijde in mijn leven.'
Lol in het leven heeft Ernst Daniël niet meer sinds het overlijden van Roos. Hij merkt dat hij onzelfstandig is en het moeilijk vindt om niks te kunnen delen. Nu in &C en hier op Blendle lees je het hele interview met Ernst Daniël Smid.