Antonette woont in een tiny house in het bos: 'Ik moest enorm wennen'
Een huisje, een boompje, een beestje? Je kunt je leven ook gewoon volgens je eigen ideaal inrichten. Antonette Spaan (40) woont in een tiny village met veertig huisjes, diep in het bos. Haar vriend woont in het huisje naast haar. Permanente bewoning is er verder alleen voor rustzoekers.
'Tot een paar jaar geleden had ik een vrij standaard leven met een leuke vent, een koophuis en een kantoorbaan. Het keerpunt kwam toen in dezelfde periode m'n relatie uitging, mijn vader overleed en mijn werk me ging tegenstaan. Het was altijd mijn droom geweest om een digitale nomade te worden. Als ik alles wilde achterlaten, was dit het moment. Toen dacht ik: ik ga ervoor.'
Lees ook: Geen seks, wel 2 kinderen: de modern family van Marjan en Berry
'Alles bij elkaar ging ik negen maanden op wereldreis. Een deel van de tijd werd ik daarbij vergezeld door mijn huidige vriend. Ik leerde hem kennen op Tinder, een dag nadat ik mijn baan had opgezegd om op reis te gaan. Ik hou van stoere mannen die houden van trektochten en kampvuurtjes. Ik was net een dag aangemeld, klikte en dacht: wow, die is leuk! Er was meteen een match. Nadat ik vanuit Nieuw-Zeeland naar Nederland was teruggevlogen, zei hij: 'Kom maar bij mij wonen.' Dat deed ik. En zo kwam het dat ik ineens in een tiny village met veertig huisjes woonde, omringd door bossen, op dertig vierkante meter met een man die met regelmaat alleen wil zijn.'
Lees ook: Nathalie werd jong pleegouder: 'Als meisje wilde ik al een weeshuis'
'In het begin vond ik het vreselijk wennen. Ik kwam er in de winter, dus er gebeurde weinig. Iedereen zat binnen en het was enorm stil. Een verschil van dag en nacht met hoe ik leefde voordat ik op reis ging. Het is maar twintig minuten rijden naar Arnhem, maar ik was gewend aan een leven in de stad. Cappuccino halen bij een koffietentje, boodschappen doen als ik daar zin in had, spontaan een yogales volgen. Ineens moest alles met de auto. Als ik op stap ging met vriendinnen, was ik degene die nog terug moest rijden. En dan zaten we door corona ook nog fulltime op elkaars lip. Ik maakte veel lange wandelingen in die tijd en ben de natuur steeds meer gaan waarderen. Normaal moest ik altijd minstens een kwartier autorijden voordat ik in een bos was. Nu stapte ik op maandagochtend om acht uur al naar buiten, kon ik wandelen zonder iemand tegen te komen en daarna ging ik vol energie aan het werk.'
Het volledige verhaal van Antonette lees je in het aprilnummer van &C 'Huisje, boompje, beestje?' dat je hier kan bestellen.