Kleding aan en gaan: welke van deze vier typen outfitplanners ben jij?
Plan jij je outfit ruim van tevoren, of neem je met de dag leven een stuk letterlijker en bepaal je pas 's ochtends wat je die dag aan gaat trekken? Inclusief alle haast die daarbij komt kijken. Blijkbaar zijn er vier manieren waarop mensen zichzelf klaarmaken. Welke outfitplanner ben jij?
1. De alles op een rijtje-planner
Geef maar toe, voor de aankomende zeven dagen liggen jouw outfits al gestreken en wel klaar. Morgen een wijduitlopende broek met een gestreepte trui en in het weekend een witte jurk met laarzen. Ideaal, want jij wordt nooit gezien in een gemismatchte outfit. En, niet te vergeten, je hebt 's ochtends extra lang de tijd om wakker te worden.
Lees ook: Lust voor oog én voet: deze heerlijke zomerschoenen wil je hebben
2. De opbouwende planner
Er is 's ochtends één ding zeker: jij doet je witte shirt aan en niets anders. Wat je er voor de rest bij aan doet zie je nog wel, maar je vindt het prettig je outfits om een specifiek kledingstuk heen te bouwen. Een goed begin is het halve werk, hè. Vanaf daar word je outfit alleen maar beter. You go girl.
3. De even kijken hoe de wind staat-planner
Van alle vier typen doe jij er waarschijnlijk het langs over om jezelf klaar te maken. Je neemt eerst de tijd om te bedenken hoe je je vandaag voelt en pas daarna bedenk je er een passende outfit bij. Het grote voordeel hieraan is dat je nooit eindigt in kledij waar je je niet honderd procent lekker in voelt en dat anderen precies kunnen zien hoe jij je die dag voelt. Een legging met trui? Niet tegen je praten. Helemaal opgedoft en je mooie kleding aan? Jij voelt je vandaag zelfverzekerd.
Lees ook: Altijd een propvolle koffer vol kleding? Met deze tips niet meer
4. De binnen vijf minuten klaar-planner
Je stapt je bed uit, pakt het eerste de beste t-shirt en broek uit de kast en schiet het aan. Zo, jij bent klaar. Kan jou het schelen wat je precies aan hebt, alle kleding uit je kast heb je immers zelf uitgekozen. En je trekt heus geen feloranje met gifgroen aan. Of misschien ook wel, als dat toevallig vooraan ligt. Met de handen in het haar zit je 's ochtends in ieder geval niet, en dat is ook wat waard.