First things first op Curaçao: vertraag je tempo. Het is namelijk bloody hot en wie zich te druk maakt, staat voordat-ie het weet zijn T-shirt uit te wringen van het zweet. Parkeer jezelf op een strandbedje aan de zee en het zwembad van beachclub Saint Tropez in de hoofdstad Willemstad. Of neem een huurauto om de stranden van Westpunt te ontdekken (ook wel Banda'Bou in het Papiaments). Eitje, want er is maar één rondweg, de Weg naar Westpunt, en die brengt je daar zo naartoe. In een overzichtelijk rondje kun je noordwaarts langs de Christoffelberg rijden, de hoogste van het eiland, gevolgd door het nationale park Shete Boka, waar beukende golven de kalkstenen rotsen uitgehouwen hebben. De ruwe zee aan de noordkant is een uitdagende plek voor ervaren surfers, maar niet bepaald de ideale omstandigheid om op je gemak te pootjebaden. Rij daarom een stukje verder om met schildpadden te snorkelen bij Playa Piskadó of ga lekker liggen luieren op de hagelwitte zandstranden van de Kleine Knip of Cas Abou. Vlak bij het dorpje Sint Willibrordus, omgedoopt tot Williwood (ze hebben zelfs een heus op Hollywood gebaseerd Williwood-sign), vind je Playa Porto Marie. Hier word je vrolijk begroet door de wereldberoemde strandvarkens Willi en Wood, die maar al te graag een stukje met je meezwemmen. Jezelf in de watten leggen doe je met een spabehandeling bij 8 The Experience, waar je vanuit de infinity jacuzzi uitkijkt over het privéstrand van Wellness & Dive Resort Oasis Coral Estate. Met pal aan zee restaurant Karakter, waar je de hele dag je maag kunt vullen of kunt slurpen van een felblauwe Curaçao Colada-cocktail.

Kleur bekennen
Ze zijn nogal fotogeniek, die vrolijk gekleurde huizen op Curaçao. En dat is zelfs een understatement. Maar zo kleurrijk stonden ze er niet altijd bij. Een lesje geschiedenis: aan het begin van de negentiende eeuw waren de huizen nog van wit kalksteen, tot er klachten kwamen over hoofdpijn van de felle zon die op de witte huizen weerkaatste. Ja, echt waar, dit is geen broodjeaapverhaal. Het leverde de eigenaar van de enige verffabriek op het eiland een aardig zakcentje op, nadat alle gebouwen van een pastelkleurig tintje waren voorzien. Leuk weetje: overheidsgebouwen herken je overigens aan hun gele kleur. Van kerken tot gemeentehuizen, je pikt ze er zo uit.

Streetart
Tegenwoordig geven street artists kleur aan Willemstad. Zo krijgen kunstenaars in de centraal gelegen volkswijk Scharloo de vrije hand om muren en gebouwen te voorzien van indrukwekkende murals. Francis Sling voorzag het pand op de hoek van de Scharlooweg en de Van Raderstraat bijvoorbeeld van het sierlijke kunstwerk 3 O'Clock Romance. Zijn atelier – of art cave, zoals hij de ruimte zelf noemt – kun je een straat verderop bezoeken: Bargestraat 31a. Sla ook de verzameling muurschilderingen die je op de parkeerplaats van de Van Raderstraat vindt niet over. Hier vind je een van de vele vogels die streetart-pionier Garrick Marchena door de stad laat vliegen. Ook in het naastgelegen stadscentrum Punda laat hij een Curaçaose jongen met engelenvleugels over een parkeerplaats waken. Om de hoek, in het steegje Hanchi Angel Job, krijg je zelf vleugels door op de foto te gaan voor de populaire muurschildering Punda Wings. Maar ook in de wijk Otrobanda (letterlijk: 'de overkant'), die je bereikt door de drijvende Pontjesbrug over te steken, is het een kunstzinnige bedoening. Dankzij het tweejaarlijkse straatfestival Kaya Kaya ('kaya' betekent straat) is de afgelopen jaren een flink aantal huizen opgeknapt en van indrukwekkende muurschilderingen voorzien. Hier kun je logeren in een van de kleine huisjes van het Bario Hotel, dat verschillende pandjes in de buurt ('bario' dus) opknapte. Monumentenzorg doet ook overigens ook een duit in het zakje, want de monumentale gebouwen in het centrum van Willemstad staan op de Unesco-werelderfgoedlijst. Bijtanken na een ronde streetart doe je op de relaxte veranda van Maira's Kitchen met hun wereldse menukaart: van avocado toast en een lokaal stoofpotje tot vers gebrande koffie met baklava.

Lekker zoet
Er zijn meer koffietentjes waar je kunt smullen van zoetigheden: hopi dushi! Oftewel: heel lekker. Huiskamercafé Serka Tanchi ('bij tante') is in het bezit van de enige 'koffieprinter' op het eiland: je drinkt er een selfieccinno met je eigen afbeelding in het melkschuim. Of doe je tegoed aan homemade wafels en een regenboogtaart bij Number Ten. Hofi Cas Cora serveert zo veel mogelijk lekkers van eigen land – en op dat land kijk je ook nog eens uit vanaf het landhuis (hofi) van het rode huis (cas cora). Vooral de pittoreske buurt Pietermaai heeft zich ontwikkeld tot een culinair walhalla. Schuif bijvoorbeeld aan bij restaurant Mosa voor Caribische fine dining en bestel een cocktail bij buurman Caña. Bij restaurant Nultwintig dineer je op hoog niveau met uitzicht op zee en zwembad. Vraag vooral naar het dessert dat lijkt op een ijsbal, you won't regret it. Sla de conceptstore van boetiekhotel BijBlauw niet over, waar je overigens ook kunt eten en slapen aan zee. Slaapplek bij uitstek is het sfeervolle en betaalbare boetiekhotel Boho Bohemian, voorzien van een behoorlijk instagrammable patio met mini-zwembad onder een charmante betegelde trap. Klinkt dat goed of klinkt dat goed? Ontbijten mag je in zusterhotel 't Klooster, waar 's ochtends de zon door de glas-in-loodramen schijnt terwijl je begroet wordt met een vrolijk: 'Goedemorgen dushi!'

Curaçao doet er alles aan om toeristen zo veilig mogelijk te ontvangen, dus als jij er ook klaar voor bent: boek je tickets en ga. Het eiland wacht op je.